DENEMARKEN 2025
In 2025 hebben we in een reis van 52 dagen, van 16 juni tot en met 6 augustus, een groot deel van de Margriet-route in Denemarken gereden.
De Margriet-route heeft een lengte van 4218 km. Daarvan hebben wij er 3520 km gereden, verdeeld over 24 etappes. In totaal hebben we, in 31 etappes, 4958 km hebben afgelegd.
inleiding
meer over de Margriet-route
globale route
routekaarten gedetailleerd
campings en camperplaatsen
inhoud
tags
RUSTIG AAN
dag 01 maandag 16 juni 2025
Tilburg – Gieterveen 264 km
We vertrekken vanochtend rond 10:30 en gaan richting Waalwijk. Er is nog een kleine kans, dat we toch naar Ierland gaan, maar bij Waalwijk nemen we afscheid van die gedachte, en slaan we rechtsaf richting Denemarken (of toch maar naar de Baltische landen en Zuid-Finland?). Via de A59 (tot Oss), de A50 (tot Hattem), de A28 (tot Assen) en de N33 rijden we naar Gieterveen, een klein stukje voor Veendam. Met een afstand van 264 km houden we ons keurig aan het plan, om per dag niet méér te rijden dan 250-300 km.
Onderweg gaan we nog even naar de Jumbo in Gieten voor wat boodschappen. We hadden nl. gehoopt om het eetcafé in Gieterveen te bezoeken voor een “avondmaal”, maar die gelegenheid is op maandag gesloten. (We realiseren ons, dat wij in het verleden meestal in het weekend zijn vertrokken, en daarmee het einde van de eerste reisdag konden “vieren” met een eenvoudige maaltijd “buiten de deur”. Die vlieger gaat op maandag echter niet op.) We gaan straks genieten van een smakelijke witlofsalade.
In Gieterveen vinden we een fraaie plaats op camping Buitengoed de Veenstede.
AAN DE ELBE
dag 02 dinsdag 17 juni 2025
Gieterveen – Stade 235 km
We staan op camperplaats Am Schiffertor in Stade, een mooi hanzestadje aan de Elbe. We waren hier al eens, in 2020.
Met 235 km is het een relatief korte etappe, maar de eerstvolgende aanvaardbare stop is aan de overkant van de Elbe, en het vraagt vrij veel tijd en geduld om met de veerdienst over te steken van Wishhafen naar Glückstadt. Dat doen we liever ‘s-ochtends, als het nog niet zo druk is.
De gevolgde route is simpel: de N33 (tot knooppunt Zuidbroek), de A7 (tot de grens), de ‘280’ (tot Dreieck Bunde), de ‘31’ (met de Eemstunnel, tot Westerstede), binnendoor over Jade, de ‘437’ (met de Wesertunnel), een klein stukje ‘27’, de ‘71’ (tot Bremervörde), de ‘74’ (tot Stade).
Stade is, met een mooi historisch centrum, zeker de moeite waard om te bezoeken. Daarom fietsen we tegen het einde van de middag naar de Hansehafen, waar we een maaltijd bestellen in het restaurantje waar we 5 jaar geleden ook hebben gegeten.
De knoop “Denemarken of Baltische landen” is inmiddels doorgehakt. Morgen slaan we aan de overzijde van de Elbe linksaf naar het noorden en niet rechtsaf naar Lübeck/Rostock.
50 JAAR LATER
dag 03 woensdag 18 juni 2025
Stade – Tønder 198 km
De beslissing om naar Denemarken te gaan, is vannacht niet herroepen. Na een betrekkelijk korte rit komen we aan in Tonder, op de camperplaats bij de Tønderhallerne.
In 1975 waren we, met de Simca 1100 en een simpele tent, op vakantie in Denemarken. In Svenborg, op het eiland Fyn, kwamen we toen langs een winkel met verleidelijke Scandinavische meubels. We hebben er verschillende dingen gekocht. Ze werden door de winkelier met een busje naar Tilburg gebracht (de eethoek, de salontafel, een stoeltje en twee tafeltjes hebben we nog steeds). Met de aanbetaling was ons budget tot onder nul gedaald, dus we zijn maar weer naar huis gegaan. Het “meubeljubileum” was het laatste zetje richting Denemarken. De Baltische landen komen nog wel een keer aan de beurt (als Poetin dit niet frustreert).
We vertrekken rond 09:30 richting Wischhafen, voor de veerboot naar Glückstadt. Daar aangekomen, is meteen duidelijk waarom je deze oversteek beter op een doordeweekse dag kunt maken. Moesten we in het verleden, tijdens het weekend, vrij lang wachten tot we aan de beurt waren, vandaag was er geen enkele wachtende auto te bespeuren. Helaas gaat de slagboom voor onze neus naar beneden. De veerboot is blijkbaar vol. We moeten dus wachten op de volgende veerboot, maar dat duurt slechts even. Het is veel drukker op de Elbe dan bij de vorige overtochten, maar dat komt misschien, omdat het hoog water is (de Elbe is een getijde-rivier), dus meer diepgang (dit is slechts een veronderstelling en geen feit).
Vanaf Glückstad rijden we over de B5 naar Brunsbüttel, waar we het Nood-Oostzeekanaal oversteken. De B5 brengt ons vervolgens via Heide, Husum en Niebüll naar Tønder.
We hebben nu drie dagen gereden. Het is dus tijd voor een rustdag. Morgen gaan we op ons gemak Tønder bekijken.
DAGJE TØNDER
dag 04 donderdag 19 juni 2025
Tønder
Vanochtend doen we het rustig aan. In de loop van de middag fietsen we naar het centrum van Tønder. Het is een van de oudste stadjes van Jutland, en stond destijds vooral bekend als handelsplaats. De welvarende kooplui bouwden (relatief) grote huizen met weelderige entree-partijen. De middenstand bewoonde kleinere, lagere huizen, vaak voorzien van een erker-achtige uitbouw. Veel van deze gebouwen zijn nog aanwezig in het historische centrum.
Bij de Kristkirke (uit de 16e eeuw) valt op, dat er geen echt kerkplein is. De afstand tot de omliggende bebouwing is vrij beperkt. Daardoor, en door de stevige bomenrij bij de hoofdingang, maakt de kerk een bescheiden indruk. Dat beeld verandert volledig als men het gebouw binnengaat. De kerk is van oorsprong katholiek, maar sinds de reformatie protestants. Waar dergelijke kerken in Nederland van alle ornamenten werden ontdaan (de beeldenstorm), is dit bij de Kristkirke niet gebeurd. De kerk is rijkelijk gedecoreerd. Opvallend is vooral het balkon bij het altaar. Ook het orgel is indrukwekkend.
LUNCH OP HET STRAND
dag 05 vrijdag 20 juni 2025
Tønder – Rømø – Ribe 128 km
Volgens het oorspronkelijke plan zouden we vandaag naar een camperplaats gaan op het waddeneiland Rømø. Omdat gisteren de camperplaats bij Tønder veel en veel drukker was dan de dag daarvoor, kregen we het vermoeden dat er een “volksverhuizing” gaande was. Voor de zekerheid keken we op de website van de camperplaats op Rømø: geen vrije plaats meer te bekennen. Dat gold ook voor de andere campings op Rømø. Op de camping bij onze volgende halteplaats, Ribe, waren nog 2 plaatsen vrij. Daar hebben we gisterenavond dan ook maar een plaats gereserveerd.
Volgens de verschillende camping-websites waren er vanaf zondag weer vrije plaatsen. We hopen dan ook maar, dat de huidige drukte iets te maken heeft met “een weekend met prima weer”. We zien wel, komende week.
We beginnen vandaag aan onze Denemarken-rondreis. Daarvoor volgen we een flink deel van de Margriet-route, een toeristische route langs de belangrijkste bezienswaardigheden van het land.
De eerste bestemming is Møgeltønder. Dit plaatsje claimt, een van de mooiste dorpsstraten van het land te hebben. Wij denken, dat die claim waarschijnlijk wel terecht is.
Iets verder komen we in Rudbøl. Dat is een variant op Baarle-Nassau: de ene kant van de straat is Deens, de andere kant is Duits. Het is er wel veel minder toeristisch dan in Boal.
Vervolgens rijden we het Tøndermarsken binnen, een nationaal park met polders en kwelders. In dat park bezoeken we de Højer- en Vidå-sluizen, die enerzijds zorgen voor de afwatering van de polders en anderzijds bescherming bieden tegen stormvloeden. Vanaf een torentje bij de Vidå-sluis hebben we een mooi uitzicht op de omliggende kwelders en op het wad (de Waddenzee loopt in feite van Texel tot Esbjerg).
Hierna komen we bij de Rømø-Dam, die het eiland verbindt met het vasteland. Ook al is er voor ons geen plaats op Rømø, we vinden het een goed idee om op het strand aan de westkust te gaan lunchen. Dus rijden we de dam af en het eiland over. We komen terecht op een heel breed strand dat goed te berijden is met de buzz. We vinden er een prima plek om te lunchen. Omdat we Rømø kennen van een eerdere reis (zomer 2010), en omdat we vandaag de belangrijkste trekpleister van het eiland, het brede strand aan de westkant, al hebben bezocht, nemen we ons voor om Rømø af te strepen op onze to-do-list, en dus na Ribe verder te rijden naar het noorden.
Na de lunch rijden we weer naar het vasteland en bezoeken daar de Marsk-toren, een opvallend bouwwerk in het natte, platte land. We laten een klimpartij in de toren achterwege, want de toegangsprijs is ons iets te gortig. We rijden verder, maken nog een klein uitstapje naar het kerkje van Hvidinge (een mini-dom), en melden ons bij de receptie van de camping bij Ribe.
DAGJE RIBE
dag 06 zaterdag 21 juni 2025
Ribe
Tegen het einde van de ochtend fietsen we naar het oude centrum van Ribe. We zijn van plan, om ergens in de stad een broodje te eten, en de eerste de beste gelegenheid is al meteen raak. Aan de rand van het centrum staat een typische Deense hotdog-kraam. Aan de rij met wachtenden te zien, moet deze kraam de moeite waard zijn, dus wij sluiten aan. Het moet gezegd: prima Deense hotdogs.
Iets verder komen we langs de oude haven van Ribe, ooit een bruisende omgeving. Via een vrij drukke winkelstraat, met zo hier en daar nog wat oude gebouwen, lopen we naar het Torvet (letterlijk: het vierkant), het plein met de dom van Ribe.
De Domkerk heeft bij de reformatie bijna alle ornamenten verloren, en maakt daardoor van binnen een sobere indruk. De buitenkant is een ander verhaal. De oorspronkelijke kerk is in de twaalfde eeuw gebouwd als een tufstenen kerk met één schip en twee torens. De bodem in Ribe is echter nogal drassig. Daardoor begon de dom te verzakken, waardoor één van de torens instortte en de zij-muren begonnen te scheuren. Om een totale instorting te voorkomen, zijn in de veertiende eeuw bakstenen zij-beuken gebouwd, die dienden als steunberen voor het middenschip. Ook de ingestorte toren werd toen vervangen door een gemetselde variant, waarvan echter al snel de spits instortte.
Op meerdere plaatsen in de stad staan nog oude gebouwen, vaak vakwerkhuizen. Daartussen staan gebouwen van recentere datum. Ondanks dit heterogene beeld is de titel “oudste stad van Scandinavië” zonder meer geloofwaardig.
KORTE RIT NAAR ESBJERG
dag 07 zondag 22 juni 2025
Ribe – Esbjerg 50 km
Het is, met 50 km, maar een kort ritje naar de camping van Esbjerg. Onderweg zijn er geen markante punten op de Margriet-route. Pas in Esbjerg komen we de eerste en enige bezienswaardigheid van vandaag tegen: Mennesket ved havet (de man aan zee), vier grote beelden die uitzien over zee.
Esbjerg is de jongste stad van Denemarken (gesticht in 1894). De stad heeft, afgezien van een Visserij- en Scheepvaartmuseum, weinig bijzonders te bieden. Dat geldt niet voor het naburige eiland Fanø, het noordelijkste Waddeneiland. Daar heb je schilderachtige huisjes en een mooie fietsroute. Morgen nemen we de veerboot naar Fanø, tenminste, als het weer wil meewerken (het is bewolkt, we hadden wat regen vanmiddag, en er staat een stevige wind).
VEEL REGEN EN NOG MEER WIND
dag 08 maandag 23 juni 2025
Esbjerg
Het regende vandaag, weliswaar met tussenpozen, de hele dag, en er stond een stevige wind, windkracht 5, soms 6. De gevoelstemperatuur bleef steken op 12°C. We hebben dus maar afgezien van een fietstocht over Fanø.
Voor de komende twee dagen zijn de vooruitzichten niet veel beter, en we zien het niet zitten om die dagen hier te blijven nietsdoen. Daarom rijden we de komende dagen verder naar het noorden van Jutland.
VUURTORENS TELLEN
dag 09 dinsdag 24 juni 2025
Esbjerg – Ringkøbing 152 km
We staan nu op een camping in Ringkøbing.
Denemarken heeft, met al die eilanden, een relatief lange kustlijn. Het zal dan ook niet verbazen, dat Denemarken relatief veel vuurtorens heeft. Verschillende daarvan staan aan de Margriet-route. Vandaag zien we er twee.
Vanaf de camping in Esbjerg volgen we de kust in westelijke richting en rijden we door het Nationaal Park Vatten Havet (Waddenzee). Een flink deel van de route is onverhard.
Iets verder, in Oksbøl, verlaten we voor even de Margriet-route voor een uitstapje naar Blåvand. Het doel hiervan is Blåvandshuk Fyr, de plaatselijke vuurtoren.
In Oksbøl pakken we de Margriet-route weer op. Via allerlei binnenweggetjes komen we uiteindelijk in Nymindegab. Hier begint een weg die tot aan Søndervig door een bijzonder fraai duingebied voert, het Holmsland Klit. In dat gebied stoppen we voor de lunch.
Holmsland Klit is in feite een landtong, een smalle duinenrij, tussen de Vesterhavet (Noordzee) en het Ringkøbing Fjord. Was het fjord oorspronkelijk een lagune, in 1931 is er bij Hvide Sande (Wit Zand) dwars door de landtong een kanaal gegraven, waardoor Ringkøbing een verbinding kreeg met de zee.
Een stukje noordelijk van Hvide Sande slaan we linksaf voor een bezoek aan Lyngvig Fyr, de tweede vuurtoren van vandaag.
We rijden door naar Ringkøbing voor wat boodschappen. Door een defect thermokoppel hebben we nog maar één functionerende “gaspit” in de bus, zodat we bij slecht weer alleen maar eenpansmaaltijden kunnen koken. Daarvoor gebruiken we vandaag de stapelmethode. Eerst bakken we de aardappelblokjes. Daarna fruiten we de in plakken gesneden winterpeen, samen met de gesnipperde ui. Vervolgens bakken we stukjes bacon, tot deze knapperig zijn. We mengen alles in een slakom en bakken het op. (Bij goed weer koken we buiten op een tweepits campinggas-stelletje.)
FRISSE ZEEWINDEN
dag 10 woensdag 25 juni 2025
Ringkøbing – Lemvig 93 km
Na een betrekkelijk korte etappe staan we op een camping in Lemvig, met een prachtig uitzicht op het Lem Vig, een tak van het Limfjord (dat Noord-Jutland scheidt van de rest van Jutland). We stoppen ‘al’ na 93 km, omdat de volgende acceptabele camping/camperplaats nog een heel eind rijden is.
Een etappe van maar 93 km dus, maar we hebben ruim 5 uur nodig voor deze korte rit. Niet alleen, omdat we overwegend over binnenwegen rijden, maar ook, omdat we onderweg 4 interessante punten tegenkomen.
Allereerst is daar de romaanse kerk van Hee, uit 1140. Het kerkje staat er, in al zijn eenvoud, indrukwekkend stoer bij, maar is gesloten voor bezoekers.
Iets verder is er weer een romaans kerkje, dat van Stadil. Het ziet er minder indrukwekkend uit dan het kerkje van Hee, maar het bevat een schat van binnen: het oorspronkelijke gouden altaar heeft de reformatorische beeldenstorm doorstaan. Het wordt steeds duidelijker, dat de reformatie in Denemarken over het algemeen minder ingrijpend is geweest dan in Nederland of Duitsland.
We rijden vervolgens noordwaarts langs de kust, door het Unesco Geopark Vestjylland (zie hiervoor ook www.geoparkvestjylland.com). Overal aan onze linkerhand zien we hoge duinen. Verspreid in die duinen zien we rietgedekte lage huisjes, voor het grootste deel waarschijnlijk nu vakantiewoningen. We maken in dit gebied twee “uitstapjes” richting het strand. Allereerst, we zijn nog aan de rand van het geopark, slaan we af naar Vedersø Klit (klit = duin). We hebben er een prettige lunch. Daarna klimmen we over de duinen, zien hoge golven en wat paragliders (we moeten bijna bukken, zo laag scheren ze, onderweg naar het strand, over onze hoofden; we zijn zó onder de indruk van deze luchtacrobatiek, dat we vergeten om het vast te leggen).
We rijden door Thorsminde, waar we het Nissum Fjord oversteken. Deze plaats heeft een belangrijke vissershaven, en is bekend van de scheepsramp van 1811, toen twee Engelse oorlogsschepen vergingen, waarbij meer dan 1000 opvarenden om het leven kwamen (Strandingsmuseum St. George, Dødemansbjergene).
Een stukje noordelijker slaan we af naar Bovbjerg Klint (klint = klip of klif). Daar slaan we twee vliegen in één klap: het is een van de hoogste kliffen van Denemarken, met een fraai gezicht op het strand en de zee ‘daar beneden’ én er staat vuurtoren #3, het Bovbjerg Fyr. We hebben er een prima theepauze.
Het is nog maar een klein stukje naar de camping, waar we, zoals al geschreven, een plek hebben met een prachtig uitzicht op het fjord.
‘s-Avonds fietsen we over een uitstekend fietspad langs het fjord naar het stadje, waar we een heerlijke kerrieschotel eten bij Annie, het plaatselijke Thaise restaurant.
VEEL DUINLANDSCHAPPEN
dag 11 donderdag 26 juni 2025
Lemvig – Blokhus 214 km
We staan op een camping in Blokhus. Met 214 km is de rit van vandaag wat langer dan de voorafgaande etappes in Denemarken, maar dat komt omdat er tussen Lemvig en Blokhus geen acceptabele campings of camperplaatsen zijn.
De ochtend begint goed. De zon schijnt, en op het fjord komt een fraaie driemaster voorbij.
Tegen 10 uur vertrekken we, want het wordt een flinke rit. Na zo’n 25 minuten komen we aan in Thyborøn, waar we ruim een half uur wachten op de veerboot naar Agger. Met deze oversteek van het Limfjord komen we op Noord-Jutland. We zijn nu niet langer op het Deense vasteland, maar op een van de vele Deense eilanden.
De Margriet-route richting Blokhus is behoorlijk lang. We slaan daarom na Agger het traject over Vestervig, Hurup en Thisted over, en rijden rechtstreeks naar Nørre Vorupør. Daarbij volgen we hoofdzakelijk een route langs de kust.
Eerst rijden we door het Nationale Park Thy, met afwisselend bossen en open duingebied. Na een tijdje slaan we af naar Klitmøller, ook wel Cold Hawaï genoemd, omdat er prima kan worden gesurfd. Vandaag zijn de golven echter vrij mild, dus zijn er nauwelijks surfers te bekennen. We vinden er aan het strand een prima plek voor de lunch, en we kijken naar wat schoolkinderen die proberen zich staande te houden op een surfplank.
Het gebied tussen Klitmøller en Hanstholm, het Hanstedvildreservat, is heel bijzonder. Kilometerslange duinenstroken lopen landinwaarts, afgewisseld met wat veengebieden. Het is dus een nat duinlandschap, dat ons deed denken aan de Schoorlse duinen, maar dan zonder bomen. Het natuurgebied is helemaal onbewoond.
Via Hantsholm, een vissers- en ferryhaven, rijden we verder naar Frøstrup, waar we stoppen bij de Tommerby Kirke, een fraaie romaanse kerk. Helaas is de kerk niet open voor een bezichtiging.
We rijden verder naar Slettestrand, maar dat plaatsje doet zijn naam helemaal geen eer aan. Eigenlijk klopt dat ook wel, want de letterlijke vertaling van Slettestrand is ‘eenvoudig strand’. Er liggen wat vissersbootjes op het strand, en op de plaatselijke parkeerplaats houden we een korte theepauze.
We volgen nog steeds de Margriet-route. Deze steekt na Slettestrand de landstrook over naar het Lim Fjord. We zien het Kokkedal Slot, tegenwoordig een hotel-restaurant, en het voormalige Øland klooster, maar sinds het vertrek van de monniken is dat een privé-landgoed, dus niet toegankelijk. We steken weer over naar de zee-kant en melden ons bij de camping in Blokhus.
De vuurtoren-teller staat inmiddels op 5. De kerkjes-teller is al veel verder. Altijd zie je in het landschap wel zo’n kenmerkende witte toren met zadeldak (zoals die van Tommerby)
We blijven een paar dagen in Blokhus. Je kunt er goed fietsen door de omringende natuur, althans, die indruk wordt gewekt door ruter.dk, een website met lokale, regionale en landelijke fietsroutes. Ook het strand richting Løkken is goed berijdbaar. Daar kwamen wij in 1986 bij toeval achter. Op de terugweg van een vakantie in Noorwegen, met een overtocht van Göteborg naar Frederikshavn, reden we via de westkust van Jutland naar het zuiden. Tot onze verbazing hield de doorgaande weg bij Løkken ineens op en reden alle voorliggers het strand op. Dat hebben wij toen ook maar gedaan.
WAT EEN WIND
dag 12 vrijdag 27 juni 2025
Blokhus
We rijden in de loop van de middag naar het strand. We fietsen over dat strand een stukje richting Løkken, tot de eerste diepere geul, die gevuld is met water. Hier keren we om. Er staat een stevige wind, zo stevig, dat je er soms tegen aan moet leunen. Het zand is behoorlijk vast, dus ook met fietsbanden kun je er betrekkelijk goed rijden.
In tegenstelling tot gisteren, toen we bij Klitmøller en Slettestrand aan het strand waren, is er vandaag een flinke branding, met het bijbehorende geluid (zie dit filmpje).
DOODLOPENDE WEG
dag 13 zaterdag 28 juni 2025
Blokhus
We beginnen vanmiddag aan een fietsroute. Deze hebben we gedownloaded bij Routiq.nl. De route, getiteld “Bølgeskum og brede strande” (Schuimkoppen en brede stranden) is daar geplaatst door visitdenmark.dk, een variant op onze VVV. We volgen de route met de routekaart die we kunnen lezen in de Routiq-app.
Als we Blokhus achter ons hebben gelaten, valt op een gegeven moment op, op dat de bordjes langs de weg (Panoramaroute 413) zijn verdwenen. Volgens de routekaart zitten we echter op de goede weg.
We rijden door een merkwaardig landschap. Aan de rechterzijde (de zee ligt 2 km naar links) zien we op enige afstand een forse duinenrij. Deze duinen zijn veel hoger dan de strandduinen. Tussen beide duinenrijen ligt een vlak terrein. Het is dus geen breed duingebied. Een logische verklaring is niet te bedenken. Zou de Deense kust ooit hebben besloten, om 2 km verderop opnieuw te beginnen?
Terwijl we nog over dit raadsel nadenken, worden we geconfronteerd met een doodlopende weg. Volgens de routekaart zou de route gewoon moeten verdergaan, maar de werkelijkheid is heel erg duidelijk: tot hier en niet verder.
Als we weer terug zijn in Blokhus ontdekken we een bordje “linksaf”, waar de routekaart aangeeft “rechtsaf”. Volgens de bordjes moeten we over het strand fietsen.
We hadden het kunnen weten. De route volgens de routekaart, die uitsluitend door het binnenland voert, past helemaal niet bij de titel van de route: nergens in het binnenland zouden we schuimkoppen en brede stranden hebben gezien. Daarvoor hadden we toch echt over het strand moeten fietsen. We waren gewaarschuwd, maar hadden dat domweg niet door.
Het is inmiddels te laat, om de route via het strand af te maken, dus we fietsen terug naar de camping.
EEN ZANDSTORM
dag 14 zondag 29 juni 2025
Blokhus
We willen vandaag de mislukte fietstocht van gisteren via de juiste route alsnog rijden. We hebben echter op voorhand al het gevoel, dat fietsen over het strand vandaag niet zo’n goed idee is. Het waait namelijk heel erg hard: windkracht 6 tot 7. De bus staat regelmatig flink te schudden.
Nog in het dorp, onderweg naar het strand, merken we de effecten van de wind: er waait nogal wat zand in ons gezicht. Eenmaal bij het strand aangekomen, blijkt fietsen over het strand echt niet te doen. Er hangen rode vlaggen als waarschuwing, de golven zijn nogal woest, en je wordt bij elke windvlaag behoorlijk gezandstraald.
We draaien dus maar weer om en rijden terug naar de camping.
Morgen rijden we weer verder.
AAN DE TOP
dag 15 maandag 30 juni 2025
Blokhus – Skagen 136 km
We staan, na een betrekkelijk korte rit, op een camping in Skagen. Daarmee bereiken we de top van Jutland, en dus ook van Denemarken.
We wijken af van de Margriet-route, want deze voert niet langs Skagen. De Margriet-route gaat vanuit Tuen in zuidoostelijke richting, naar Frederikshavn, wij gaan vanuit Tuen naar het noordoosten.
We rijden vandaag door een vriendelijk landschap, soms agrarisch, soms veenachtig, dan weer een duingebied. Iets ten noorden van Løkken komen we langs het Børglum Kloster. Het gebouw is imposant, maar niet uitnodigend. Met uitsluitend lege parkeerplaatsen maakt het een verlaten indruk.
Er is vandaag maar één echte bezienswaardigheid: Rubjerg Knude. Dat is een enorme zandduin met daarop een vuurtoren. Door de wind en door erosie verplaatst de kustlijn ter plekke zich voortdurend landinwaarts. Hierdoor dreigde de vuurtoren instabiel te worden en “voorover” in zee te vallen. Daarom is de vuurtoren in oktober 2019 zo’n 70 meter landinwaarts verplaatst.
We doen een poging, om in Lønstrup een parkeerplek voor onze buzz te vinden. Het is immers tijd voor een ochtendpauze, en Lønstrup is een gezellig vakantieplaatsje. Helaas, we kunnen er geen enkele vrije parkeerplaats vinden, dus we rijden verder, naar Hirtshals. Dat is niet alleen een vrij belangrijke vissershaven, er vertrekken ook veerboten naar Noorwegen, de Orkney-eilanden en IJsland. Het maakt een nogal industriële indruk, dus we rijden door. Niet veel later zijn we in Tuen, vanwaar we richting Skagen rijden. Het plan is, om iets ten zuiden van Skagen naar Råbjerg Mile, een wandelende duin, te rijden, maar we bedenken ons: dat kunnen we ook met de fiets vanuit de camping in Skagen doen.
LEKKER GEFIETST
dag 16 dinsdag 1 juli 2025
Skagen
Het is vandaag lekker fietsweer. We rijden een rondje door de duinen ten zuiden van Skagen. Nou ja, een rondje? Het is eerder een heen-en-weertje, want door het duingebied loopt maar één fietsroute.
De eerste bestemming is Den Tilsandede Kirke (letterlijk: de zanderige kerk). Het betreft de toren van de voormalige St. Laurentiuskerk, tot 1775 de dorpskerk van Skagen. De kerk werd “aangevallen” door de wandelende duinen, en toen er niet meer “tegen aan te scheppen viel”, werd besloten om de kerk af te breken. De toren moest op koninklijk bevel echter blijven staan om te dienen als baken voor de scheepvaart.
We rijden nog een eind verder, afwisselend door bossen en door open duingebied, naar Råbjerg Mile, een grote wandelende duin (de grootste woestijn van Europa), die elk jaar 20 meter in noordoostelijke richting opschuift. Dat is elke dag zo’n 5,5 cm. We hebben heel goed gekeken, maar zagen het duin helemaal niet wandelen.
We hebben nu 2 grote zandbergen gezien, en zijn tot de conclusie gekomen dat lopen door heel erg los zand niet meer op ons lijf geschreven is. Mochten er nog meer zanderige bezienswaardigheden op onze route komen, dan laten wij het zeer waarschijnlijk bij “kijken naar”.
BOTSING TUSSEN OOST EN WEST
dag 17 woensdag 2 juli 2025
Skagen
We gaan vandaag naar Grenen, het uiterste puntje van Jutland. Daar ontmoeten de golven uit de Oostzee en de Noordzee (de Denen spreken van de Westzee) elkaar. Jammer, dat de wind vandaag uit het noordwesten komt, want bij wind uit het zuiden is de botsing tussen de twee zeeën veel heviger.
We fietsen naar de parkeerplaats bij Grenen. Wil je verder, dan moet je lopen. Al snel komen we daarbij heel erg los zand tegen. Zoals we gisteren al hebben beloofd, kijken we naar dat zand en draaien we om. Vanaf een topje bij de parkeerplaats nemen we wat foto’s van Grenen, de plek die we niet zullen bezoeken.
Vanaf genoemd topje valt ons oog ineens op een tractor met een grote kar. Blijkbaar is er ook openbaar vervoer. We besluiten, om daarmee alsnog naar Grenen te gaan.
We fietsen nog even Skagen in voor wat boodschappen. Bijna alle gebouwen in het oude centrum hebben een gele kleur. Dat maakt het daar gezellig knus.
Morgen beginnen we aan een slingertocht zuidwaarts door Oost-Jutland.
WEER OP HET VASTELAND VAN JUTLAND
dag 18 donderdag 3 juli 2025
Skagen – Aalborg 146 km
Na een rit van 146 km staan we op een camping in Aalborg. Daarmee is de tocht over de eilanden van Noord-Jutland afgelopen. We zijn weer op het vasteland.
De route van vandaag is, landschappelijk gezien, aangenaam. Het oosten van Noord-Jutland is behoorlijk heuvelachtig, zeker aan de Oostzee-kust.
Onderweg komen we verschillende opvallende gebouwen tegen: Sæbygård, Voergård en Dronninglund. Deze gebouwen zijn niet te bezoeken (wel de omliggende tuinen/parken). We hebben er dus alleen maar naar gekeken. Sæby heeft, in tegenstelling tot Frederikshavn, het knusse karakter van het (toenmalige) vissersdorpje goed weten te behouden, zeker met de inmiddels wel bekende okergeel gekleurde huisjes.
Twee bezienswaardigheden springen er vandaag toch wel uit. Allereerst is daar de prachtige kust van het heuvellandschap ten zuiden van Frederikshavn. Het was de bedoeling om naar het uitzichtplatform Pikkerbakken te gaan, maar TomTom begon heftig te protesteren. De weg er naar toe zou niet geschikt zijn voor onze bus. Het zou goed kunnen, dat TomTom gelijk heeft, want het weggetje was erg smal en er waren veel laaghangende takken. We rijden daarom maar een eindje verder langs de kust en zien daar een parkeerplaats met een prachtig uitzicht.
Vlak voor Aalborg bezoeken we Lindhølm Høje, de grootste Scandinavische grafheuvel uit de Vikingtijd. Tussen 400 en 1000 na Chr. zijn hier 682 graven aangelegd, althans, zoveel zijn er ontdekt bij recente opgravingen, samen met 150 schepen. Het gebied was nl. rond 1000 na Chr. zo erg bedolven door stuifduinen, dat de Vikingen besloten om het te verlaten
TUSSEN DE BUIEN DOOR IN AALBORG
dag 19 vrijdag 4 juli 2025
Aalborg
Het weer is vandaag best wisselvallig. Met enige regelmatig valt er een bui. Daartussendoor schijnt warempel bijna steeds de zon.
We fietsen in de loop van de ochtend langs de zuidelijke oever van de Limfjord naar het centrum van Aalborg, de vierde stad van Denemarken. Qua inwonersaantal is de stad te vergelijken met ’s-Hertogenbosch, maar daarmee houdt de vergelijking wel op. Het aantal historische gebouwen in Aalborg is op de vingers van één hand te tellen. Zo is er het Jens Bangs Stenhus, een koopmanswoning in Hollandse Renaissancestijl.
Het centrum is gezellig: het is vrij compact gebouwd en de huizen zijn redelijk statig. Er is één straatje met oude huisjes, waar je ziet, hoe Aalborg er uit zag, toen het nog een vissersplaatsje was. We bezoeken ook nog het Aalborghus, een vakwerkslot dat ooit is ontworpen als fortificatie.
In de loop van de middag fietsen we over de hoofdweg, met prima fietspaden, weer terug naar de camping. We kiezen voor die route, omdat we dan langs een supermarkt komen.
VAAK HEEN EN WEER
dag 20 zaterdag 5 juli 2025
Aalborg – Viborg 132 km
Vandaag is weer een reisdag. Waar het weer op de reisdagen tot nu toe meestal wel goed was en de regen vooral viel tijdens de rustdagen, deze reisdag voldoet niet aan dat beeld. Het regent veelvuldig. De ruitenwissers gaan vandaag dus vaak heen en weer. En dat is jammer, want we rijden door een fraai landschap.
Allereerst zijn daar de Rebild Bakker, een fraai heuvellandschap met heidevelden en heel veel meertjes. Door de regen zien we er niet veel van. We stoppen bij een bezoekerscentrum, waar we een koffiepauze houden en wat wetenswaardigheden lezen over het gebied. Het is in 1910 aan de Deense staat geschonken door Denen die naar de VS emigreerden. Nazaten van deze emigranten komen elk jaar op 4 juli (Independance Day) even terug om de uittocht te herdenken. We zijn een dag te laat om van dat feest te kunnen getuigen.
Vervolgens rijden we langs het Mariagerfjord, waar we tijdens een van de droge momenten een fraaie lunchplek vinden. Het fjord is genoemd naar het plaatsje Mariager, dat tot nu toe het klassement van de pittoreske plaatsjes aanvoert: lage gekleurde huisjes aan straatjes van kinderkopjes, een fraaie kerk en een restant van een klooster. Vervolgens rijden we langs het Mariagerfjord, waar we tijdens een van de droge momenten een fraaie lunchplek vinden. Het fjord is genoemd naar het plaatsje Mariager, dat tot nu toe het klassement van de pittoreske plaatsjes aanvoert: lage gekleurde huisjes aan straatjes van kinderkopjes, een fraaie kerk en een restant van een klooster.
Was Mariager het hoogtepunt van de dag, iets verder ontmoeten we het dieptepunt. De Margriet-route is door werkzaamheden versperd, en TomTom kan de route niet meer terugvinden. We rijden een paar vreemde rondjes, worden daarna via karrensporen gestuurd, hetgeen wij weigeren, waarop TomTom nog hardnekkiger vreemde routes suggereert. Kortom, wij ontslaan TomTom van de navigatie-taak en nemen in overleg met Google Maps de kortste weg naar de camping bij Viborg.
DAGJE VIBORG
dag 21 zondag 6 juli 2025
Viborg
We doen het vanochtend rustig aan. We slapen wat uit, nemen ruim de tijd voor een douche en doen een handwasje.
Na de lunch fietsen we naar Viborg. Het indrukwekkendste van Viborg is toch wel de ligging aan het water (de Søndersø en de Nørresø, oftewel het Zuidmeer en het Noordmeer). Ook de dom van Viborg is indrukwekkend, het is de grootste granieten dom van Europa. Het interieur verbaast, want de kerk is van binnen voor een Romaanse kerk veel te veel versierd. Dat komt waarschijnlijk, omdat de huidige domkerk vrij nieuw is. Na verschillende branden is de kerk in de 19e eeuw volledig opnieuw gebouwd, maar dan wel in de oorspronkelijke strenge Romaanse stijl. De rest van het centrum van Viborg is wel aardig, maar kent haast geen historische hoogtepunten. Het was er heel erg rustig.
We fietsen vervolgens naar de plaatselijke Lidl voor wat boodschappen. Twee zaken vallen ons daar in aangename zin op: Lidl verkoopt, in tegenstelling tot Spar, Rema 2000, Netto en Aldi, ongesneden brood (blijft langer vers dan gesneden brood) en “slabakken” (dat is ons synoniem voor maaltijdsalades). Beide zaken staan hoog op onze culinaire verlanglijst.
ALLEEN OP DE HEEN EN WEER
dag 22 maandag 7 juli 2025
Viborg – Bønnerup 211 km
Na een relatief lange rit staan we op de camperplaats bij de haven van Bønnerup, gelegen aan de noordkust van het schiereiland Djursland (dat ligt net boven Århus). Dat de rit wat langer uitviel dan gepland (192 km), komt door de verkeerschaos vanochtend in Viborg. Het leek wel, of er aan alle doorgaande routes werd gewerkt. Uiteindelijk zijn we met een grote boog om de stad gereden (waarbij we langs de camping kwamen).
We rijden vandaag hoofdzakelijk op typische Margriet-route-weggetjes: smal, soms heel erg smal, vaak sterk slingerend, veel topjes en dalletjes, en bijna altijd door een prachtig landschap. Het begint al meteen net ten zuiden van Viborg met de Dollerup Bakker. Het woord “bakker” – heuvels – is een vast onderdeel van onze vocabulaire geworden. Zodra we in heuvelachtig gebied komen, roept een van ons wel “daar zijn de bakkertjes weer”.
Het hoogtepunt van de dag is ongetwijfeld de veerdienst van Mellerup naar Voer over het Randersfjord. Deze kleinste veerboot van Denemarken was helemaal voor ons alleen. Een bijzondere ervaring, zo’n privé-pontje. Er was geen ruimte meer over voor een andere auto.
Zoals gebruikelijk in Jutland, komen we onderweg weer de nodige kerkjes en landhuizen tegen. Een mooi kerkje is dat van Vinderslev, een rijk versierd Romaans granieten kerkje. Van de landhuizen zijn vooral Støvringgård (voormalig internaat voor ongehuwde dochters van heren van stand) wn het Gammel Estrup Slot (een groot herenhuis van de familie Skeel; we komen die naam nog vaak tegen op onze reis) de moeite waard.
Vanaf de camperplaats in Bønnerup hebben we een mooi uitzicht op het Kattegat. Morgen gaan we de rest van Djursland verkennen.
NIET ECHT ZOMERS
dag 23 dinsdag 8 juli 2025
Bønnerup – Aarhus 157 km
Gisterenavond, na het plaatsen van het verslag, sloeg het weer behoorlijk om. Vandaag is voor het grootste deel behoorlijk triest: 14 graden, stevige regenbuien, flinke wind.
Door het vervelende weer valt er onderweg niet veel te beleven. Dat is vooral jammer, als we in Ebeltoft aankomen, want dat is een stadje dat een serieuze bedreiging zou kunnen zijn voor Mariager, tot nu toe het meest pittoreske plaatsje van de reis. We kunnen dat echter niet nagaan, want de regen komt hier met bakken naar beneden, en de dichtsbijzijnde parkeerplaats voor de bus is niet te vinden.
In de loop van de middag, we zijn dan al bijna in Aarhus, breekt de zon door en gaat de wind liggen. Er is nog één bezienswaardigheid te bekijken: Porskær Stenhus, een dolmen (hunebed) van ongeveer 3000 voor Christus.
In Aarhus rijden we eerst naar de camperplaats bij de haven. Die is een stuk goedkoper dan de camping iets ten zuiden van de stad. De camperplaats bevalt ons echter niet, je staat er op een grindveld tussen de gestalde boten. We rijden daarom toch maar verder naar de camping.
DAGJE AARHUS
dag 24 woensdag 9 juli 2025
Aarhus
We fietsen vandaag naar Aarhus. Het is de tweede stad van Denemarken, qua inwoneraantal min of meer te vergelijken met Utrecht, maar zonder een duidelijk historisch centrum. Er zijn wel enkele historische gebouwen, maar Aarhus is vooral bekend om haar moderne architectuur.
De eerste bezienswaardigheid is DOKK1, een modern gebouw met daarin de bibliotheek, een café en een stadskantoor. Het wordt de huiskamer van Aarhus genoemd.
We fietsen verder naar het Store Torv (letterlijk: Oud Vierkant; in Nederland zou dat waarschijnlijk Oude Markt zijn; opmerkelijk is, dat het Store Torv helemaal niet vierkant is, maar driehoekig). Daar staat de Dom van Aarhus, een gotische kerk van 1480. De kerk heeft een prachtig altaar, met een indrukwekkend altaarhek (de gelovigen moesten toch vooral niet te nabij komen) en verrassend veel muurschilderingen. Het is, zoals de meeste kerken in Denemarken, een protestante kerk, maar de reformatie was in Scandinavië veel minder rigoureus dan in Nederland. Daarom is het altaar, met altaarhek, gewoon gehandhaafd. De muurschilderingen zijn in eerste instantie weggewerk met witte kalk, maar al na korte tijd weer zichtbaar gemaakt, want ze waren toch van grote culturele waarde.
Al eerder hebben we verteld, dat we 50 jaar geleden verschillende meubels hebben gekocht in Svendborg. De eethoek, met stoelen van Møller, staat nog steeds in onze woonkamer. Tot onze verrassing stonden er verschillende van ‘onze’ Møller-stoelen achter in de kerk.
We fietsen kriskras door de wijk Latinerkvarteret (in Parijs heet dat het Quartier Latin), het oudste gedeelte van de stad. Er staan vooral wat grotere herenhuizen, met daartussen zo af en toe een oud vakwerkhuis. Het is er gezellig druk.
Iets verder komen we in de Møllestien (het Molenpad). Dit is waarschijnlijk het meest fotogenieke straatje van de stad, met die kinderkopjes en al die vrolijk gekleurde lage huisjes.
Via de Lidl (in onze ogen veruit de beste supermarkt van Denemarken) fietsen we weer naar de camping.
NOG EEN DAGJE AARHUS
dag 25 donderdag 10 juli 2025
Aarhus
We maken van vandaag een rustdag. We hebben nog even overwogen, om naar Den Gamle By (De Oude Stad) te gaan, een mooi openluchtmuseum, maar daar zijn we al twee keer geweest. Daar komt bij, dat ons diploma kinderkopjeslopen is verjaard.
Een rustdag dus, maar toch niet helemaal. In de loop van de middag fietsen we naar een supermarkt, en onderweg zien we twee bijzondere zaken. Allereerst zien we Den Uendelige Bro (de Oneindige Brug), een cirkelbrug op de grens van land en water. Iets verder passeren we Marselisborg, een slot dat gebruikt wordt als zomerresidentie voor de koninklijke familie.
Morgen is weer een reisdag.
HET IS ERG DRUK IN DE HEMEL
dag 26 vrijdag 11 juli 2025
Aarhus – Horsens 225 km
We rijden vandaag met 225 km de langste etappe tot nu toe. We vertrekken rond 10:00 uur, na een bezoek aan de camperservice om de afvalwatertank te legen en de drinkwatertank te vullen. Tegen zessen kloppen we aan bij de camping in Horsens.
We rijden vandaag bijna uitsluitend Margrietrouteweggetjes. Dat drukt de gemiddelde snelheid behoorlijk. We volgen de kust tot Gylling en gaan daar landinwaarts naar Skanderborg. Iets verder hebben we een prettige picknick aan de Mossø (het Mosmeer). Vervolgens rijden we door Silkeborg naar het letterlijke hoogtepunt van vandaag: de Himmelbjerget, gelegen aan de zuidoever van de Julsø. Jarenlang heeft men aangenomen, dat daar het hoogste punt van Denemarken ligt (147 m), maar inmiddels is duidelijk, dat er hogere heuvels zijn in Denemarken. Wellicht is het topje van de spits op de uitzichttoren wél het hoogste punt van Denemarken. De Himmelbjerget ligt iets naast de Margriet-route, maar moest zeker worden bezocht. Ergens in de jaren zeventig vertelde Herman, een studievriend van Ted, namelijk, dat hij naar de Himmelbjerget was geweest. Om de een of andere reden is dat in ons geheugen blijven hangen. Het is heel erg druk bij de Himmelbjerget, en het kost ons de grootste moeite om een geschikte parkeerplaats voor de buzz te vinden.
Een klein stukje verder komen we een bijzondere attractie tegen: De Genfundne Bro (de herontdekte brug). Het betreft een brug in een spoorlijntje van Horsens naar Bryrup. Ergens rond 1929 is de treindienst op dit traject gestaakt. Niet veel later is op de plek van de brug een dam gebouwd in de Gudena-rivier. De brug is daarbij helemaal in die dam verdwenen. Vervolgens is de brug in de vergetelheid geraakt. In 2014 zag men aanleiding om de dam af te breken. Daarbij trof men, tot grote verrassing, in de dam de spoorbrug aan.
Op de camping van Horsens hebben we een plaats op de camperplaats van de camping. We hebben er een schitterend uitzicht op het Horsens-Fjord
TOT ZIENS JUTLAND
dag 27 zaterdag 12 juli 2025
Horsens – Middelfart 138 km
We staan op een camping in Middelfart, op het eiland Fyn (Funen). We hebben dus Jutland verlaten, maar zullen er op de terugweg weer terugkomen.
Hadden we gisterenavond nog een mooie zonsondergang, vandaag is een grijze, regenachtige dag. Daardoor heeft de dag weinig indruk op ons gemaakt. We stoppen nog wel bij het kerkje van Tamdrup, maar daar vinden we de poorten op slot. Een stukje verder, we zijn dan in de buurt van Give, stoppen we bij de kerk van Øster Nykirke. Op zich is dit geen kerkje dat zich onderscheidt van al die andere Deense kerkjes, maar de ligging is wel bijzonder. Het ligt op een heuvel aan de oude doorgaande weg van Jutland, de Hærvejen, en was daardoor in de vroegere eeuwen een baken voor de reizigers.
We rijden verder langs Jelling en Vejle, zonder echte bezienswaardigheden aan te treffen. Als we rond 1 uur langs het Vejle-flord rijden, breekt ineens de zon door. Dat is een extra reden om op zoek te gaan naar een picknickplek aan het water, en na enige tijd vinden we die bij de Sellerup Bådebro, een klein stukje na Andkær Vig.
Na de lunch wordt het weer grijs. We rijden naar Fredericia. Volgens de gidsen zou dat een indrukwekkende vestingstad zijn. Welnu, de wallen en de poorten zijn wel mooi, maar binnen de vestingwal is het maar een rommeltje. Het lijkt in ieder geval in niets op Heusden, Willemstad of Naarden, om maar eens een paar bekende Nederlandse vestingplaatsen te noemen.
We steken de Lillebælt over met de oude brug, een gecombineerde trein- en autobrug en vinden direct daarna onze camping. We hebben er een goed uitzicht over de Lillebælt.
EVEN RUST
dag 28 zondag 13 juli 2025
Middelfart
De camping in Middelfart bevalt ons zó goed, dat we er een dagje blijven. Er valt veel te beleven op de Lillebælt. Er vaart van alles voorbij. Ook op de camping is genoeg te beleven. Onze overburen van vannacht reizen met kajaks. Heel bijzonder.
We hebben de hele dag een fraai uitzicht op het water tot zoëven, als een dikke Duitse camper voor ons komt staan. ’s-Avonds hebben we de zoveelste mooie zonsondergang.
ZIGZAG NAAR ODENSE
dag 29 maandag 14 juli 2025
Middelfart – Odense 178 km
We slingeren naar hartelust door het westelijk deel van Fyn. Vanuit Middelfart rijden we zuidwaarts tot Assens. Daar draaien we landinwaarts tot we in Glamsbjerg zijn. Van daar gaat het noordwaarts tot we in de buurt zijn van Bogense. Over Søndersø rijden we tenslotte naar Odense.
We wisten het al van eerdere bezoeken: Fyn is heuvelachtig, en voor een groot deel in cultuur gebracht. We rijden vandaag dan ook vrij vaak over smalle margriet-weggetjes tussen de graanvelden door. Echte bezienswaardigheden zijn er niet langs de route van vandaag. We zien wat (glimpen van) landhuizen, maar die zijn niet toegankelijk en ook nog eens goed verscholen achter het groen. Het echte hoogtepunt organiseren we zelf. Als we tegen 12:30 in de buurt zijn van Bogense, verlaten we de route om bij Bogense een mooie picknickplek te zoeken. En die hebben we gevonden: de bus stond bijna met de voorwielen in de Lillebælt.
De camping in Odense is behoorlijk prijzig (€ 112 voor 2 nachten, maar het is de enige camping in de buurt, dus ze hebben een monopolie-positie), een beetje rommelig qua indeling, maar de voorzieningen ogen goed. Morgen willen we Odense bezoeken, maar dan moet het weer wel meewerken, want er is voor morgen de nodige regen voorspeld.
ODENSE VALT IN HET WATER
dag 30 dinsdag 15 juli 2025
Odense
We worden wakker onder een blauwe hemel met een vrolijk zonnetje. Al vrij snel betrekt echter de lucht en vallen de eerste regendruppels. Het regent vrijwel de hele dag, met zo af en toe een flinke klap donder. Tegen het einde van de middag, het is ongeveer half zes, is het quasi-droog: het motregent. We vinden het te laat, om nog naar de stad te gaan, en ook van motregen kun je goed nat worden. We kijken naar de kinderen van de overburen die in hun regenpak lekker met water en modder mogen spelen.
Morgenvroeg beslissen we, wat we doen, nog een dagje Odense, of toch maar weer verder. Het weerbericht voor morgen is in ieder geval niet erg hoopvol.
HET WUIVENDE GRAAN DOORSTAAN
dag 31 woensdag 16 juli 2025
Odense – Nyborg 195 km
Het weer van vanochtend nodigt niet uit, om naar Odense te gaan. Het is weliswaar droog, maar er hangt “de nodige dreiging in de lucht”. De camping ligt vol met plassen water. We besluiten dus, om verder te rijden. We zijn trouwens al twee keer in Odense geweest.
Een stukje zuidelijk van Odense zien we, dat er een weergrens over Fyn loopt. Zuid-Fyn is lichtbewolkt met verschillende blauwe plekken, Noord-Fyn is zwaarbewolkt. Onze route gaat dus de goede kant op. We slingeren bijna de hele dag tussen het wuivende graan, maar dat is goed te hebben, want we rijden ook regelmatig door een schilderachtig dorpje.
Fyn staat bekend om een groot aantal landhuizen/kastelen/burchten. We zien er verschillende, maar de meeste zijn niet toegankelijk en/of verscholen achter het groen. De bekendste burcht is wel Egeskov. waar we zowel in 1975 als in 2010 zijn geweest. Deze keer laten we Egeskov links liggen, want het is inmiddels meer een pretpark/automuseum dan een historisch gebouw.
We proberen een picknickplek te vinden aan het strand in Lundeborg, maar daar is geen vrije parkeerplaats te vinden. We komen langs Broholm, het oudste landhuid van Funen. Iets verder stoppen we voor de lunch bij Hesselagergård, een 16e-eeuwse burcht met nog duidelijk te herkennen verdedigingswerken zoals schietgaten en pekgaten.
Al snel na de lunch komen we nog meer kastelen tegen, maar daar is niet veel van te zien. Kasteel Glorup is verborgen achter het groen, kasteel Lykkesholm is eveneens goed gecamoufleerd, en Ravnholt Gods is niet toegankelijk.
We rijden verder noordwaarts, en komen bij Munkebo het Odensefjord tegen. Al slingerend bereiken we de Storebælt en rijden we Kerteminde binnen. Dat stadje staat bekend om zijn kleurrijke huisjes (en ook om de drommen toeristen).
Iets zuidelijk van Kerteminde stoppen we voor een koffietje op de plek waar we waarschijnlijk in 1975 ook hebben geparkeerd. De stenen in het water komen ons in ieder geval bekend voor van een foto die we toen gemaakt hebben.
De reis van vandaag eindigt op de camping van Nyborg. Vanaf de camping hebben we goed zicht op de Størebæltbrug, die voor morgen op het programma staat.
OVER DE GROTE BELT
dag 32 donderdag 17 juli 2025
Nyborg – Saltbæk 211 km
We beginnen de dag met het oversteken van de Grote Bælt. De zon is inmiddels doorgebroken, maar boven het water is het nog betrekkelijk heiig. Eenmaal aan de overkant, op het eiland Sjælland (bij Shell hebben ze het over Shellland, dat klinkt precies hetzelfde), beginnen we aan de zigzag van vandaag: Korsør, Skælskør, Bisserup, Fuglebjerg, Sorø, Fjenneslev, Munks Bjergby, Ruds Vedby, Kalundborg, Saltbæk. Incl. de zoektocht naar een camping rijden we vandaag 211 km.
Het landschap van Sjælland is anders dan dat van Fyn: minder cultuurgrond, meer bossen, minder leeg. We komen op onze route leuke stadjes tegen, zoals Skælskør, mooie kerkjes, zoals dat in Ørslev, met muurschilderingen uit de 14e eeuw, en dat in Bjernede, de enige ronde kerk van het eiland, en indrukwekkende burchten, zoals dat van Borreby (het lijkt op Hesselagergård) of de Holsteinborg (favoriet van H.C. Andersen). We hebben een prima picknick aan de Tystrup Sø.
De geplande camping, ergens tussen Kalundborg en Røsnæs, viel wat tegen (heel veel muggen), dus zijn we uitgeweken naar een andere camping in de buurt, bij Saltbæk. We hadden de geplande camping uitgekozen, omdat je vanaf daar een mooie fietstocht kunt maken naar Rosnæs Fyr. Die kaap wordt alom geprezen om zijn mooie kust en fraaie landschap. We overwegen om morgen vanuit Saltbæk alsnog naar Rosnæs te fietsen.
TOCH MAAR VERDER
dag 33 vrijdag 18 juli 2025
Saltbæk – Holbæk 116 km
Er zijn drie redenen, waarom we toch maar verder rijden vandaag:
1. in de loop van de nacht was al duidelijk, dat het erg benauwd was geworden; in combinatie met de voorspelde temperatuur van 30°C en een absoluut gebrek aan wind, is dat niet de beste uitgangspositie voor een vrolijke fietstocht;
2. gisteren merkten we er nog niets van, maar vanochtend zagen we dat het op onze plaats wemelt van de wespennesten in de grond (pas later komen we tot de conclusie dat het waarschijnlijk niet gaat om gewone wespen of hoornaars, maar om graafwespen; deze soort kan niet steken, maar dat wisten we vanochtend nog niet);
3. volgens een Deen, getrouwd met een Nederlandse uit Aerdenhout (we spraken haar gisteren vrij uitgebreid), is Rosnæs best wel aardig, maar de kust en het landschap bij Havnsø, Ordrup en Høve zijn veel indrukwekkender; de volgende etappe van de Margriet-route voert langs die kuststreek.
Daarom besluiten we, om vandaag toch maar aan die etappe te beginnen. En het moet gezegd, de Deense echtgenoot heeft volstrekt gelijk. Zie de foto’s.
Na Høve draaien we landinwaarts en rijden we naar Nykøbing Sj (die Sj is van Sjælland en wordt gebruikt om het verschil te duiden met de Nykøbings op Falsters en Mors). Vervolgens rijden we langs het Isefjord zuidwaarts. Dit gebied is minder indrukwekkend. De picknickplek die we hier (bij Strandhuse) vinden, kan zich in ieder geval niet meten met de plekken van de afgelopen dagen.
Na de lunch rijden we langs een camping in de buurt van Egebjerg. Het valt ons op, dat deze camping bijzonder goed gevuld is. We zijn tot nu toe anders gewend met de campings in Denemarken. Er zijn altijd volop lege plaatsen. Zou het de populariteit van deze streek zijn? Is het extra weekenddrukte? We weten het niet. We besluiten daarom, om het laatste deel van de route, een lus door het binnenland ten zuiden van Holbæk, te skippen, en direct naar de camping in Holbæk te gaan. Er zijn nog maar een paar lege plaatsen. We zijn dus net op tijd.
We hebben nu drie dagen achtereen gereden. Daarom houden we hier morgen een rustdag.
HELEMAAL NIETS GEDAAN
dag 34 zaterdag 19 juli 2025
Holbæk
We waren in 2010 al eens in Holbæk. We stonden toen op hetzelfde kleine veldje. We herinneren ons van toen nog de hoofdstraat met kinderkopjes, de Mac aan het einde van die hoofdstraat, en Cafe Svanen waar we destijds hebben geschuild nadat we door een onverwachte stortbui al kletsnat waren geworden (door het schuilen werden we niet nog kletsnatter).
Net als gisteren is het vandaag broeierig warm met nauwelijks wind. Omdat we een plekje hebben aan de noordkant van het veldje, staat de zon de hele dag op de deur en op de roosters van de koelkast. We hebben dus geen enkele schaduw en de koelkast kan zijn warmte niet kwijt. We draaien daarom de luifel uit, bevestigen de sunblockers, en houden lekker ons gemak.
Morgen rijden we weer een stukje verder.
MAAR EEN KLEIN STUKJE
dag 35 zondag 20 juli 2025
Holbæk – Fredensborg 142 km
We rijden vandaag niet heel erg ver (maar wel steeds met de airco op volle kracht): van Holbæk (we steken het Isefjord over met een brug) naar Skibby en Frederikssund (we steken het Roskildefjord over met een dam/brug), langs het fjord naar Frederiksværk, we rijden om de Arresø heen (het grootste meer van Denemarken) tot we in Hillerød zijn (we zien hier het slot Frederiksborg, maar kunnen met de buzz niet dichtbij komen) en rijden naar Fredensborg (in het slot Fredensborg woont de Deense koningin-moeder), waar we een prima plekje vinden op de camping.
Je merkt goed, dat we in de buurt van de hoofdstad zijn gekomen. Het gebied is relatief dichtbevolkt en er zijn haast geen Margriet-weggetjes meer. We rijden doorgaans over relatief brede en drukkere wegen. We zien ook geen landhuizen of kerkjes meer. De bezienswaardigheden (de sloten) zijn niet talrijk, maar wel behoorlijk omvangrijk.
We hebben deze camping – gelegen in de buurt van Søholm – gekozen om zijn ligging aan een prima fietsroute. Als het weer het toelaat (ook hier slaat het weer morgen om), fietsen we in ieder geval naar Slot Fredensborg en naar het Kronborg Slot in Helsingør.
We staan op een internationaal veldje: een Duitse camper, een Italiaanse camper, een Franse camper en twee Nederlandse campers (waaronder die van ons).
LANG LEVE DE LUIFEL
dag 36 maandag 21 juli 2025
Fredensborg
Hadden we gisteren de luifel uitgezet in verband met de zon, vandaag is het een prima paraplu. Het miezert/regent bijna de hele dag, maar het is niet koud, dus het is best wel prettig om buiten te zitten. Frans B informeerde, of wij last hebben van code rood, afgekondigd voor delen van Duitsland en Denemarken. Wij hebben echter het geluk, dat deze overlast westelijk van ons is gebleven.
Morgen is er weliswaar kans op enige regen, maar er worden ook droge perioden voorspeld. Zouden we dan eindelijk de fiets kunnen pakken?
HÈ HÈ, EINDELIJK DROOG
dag 37 dinsdag 22 juli 2025
Fredensborg
In delen van Denemarken is het noodweer. De strook met de grote rode vlekken loopt over Zuid- en Midden-Sjælland, Fun en Midden Jutland. Het rotweer blijft dus net ten zuiden van waar wij nu zijn. Dat wil natuurlijk niet zeggen, dat we er niets van meekrijgen. Gisteren waren we regelmatig de pisang, voor vanochtend wordt door de weer-apps een droge periode beloofd. Het gaat om 13:00 uur (Deense app) of om 14:00 (Noorse app) weer regenen. Daarom fietsen we in de loop van de ochtend naar het stadje, om er het slot Fredensborg te bezoeken. Het schijnt het favoriete paleis van de Deense royals te zijn, vooral de koningin-moeder verblijft er graag. In juli zijn ze afwezig, en kunnen toeristen de tuinen bezoeken. Wij laten dat aan ons voorbij gaan, want de donkere wolken zijn al weer zichtbaar. We maken wat foto’s, geven een vette knipoog naar de schildwacht, die een lichte grijns niet kan onderdrukken, en fietsen naar een supermarkt voor wat boodschappen.
We zijn tegen 13:00 weer op de camping (stel je eens voor, dat de Deense meteo gelijk heeft), maar het begint pas tegen 14:00 te regenen (hebben de Noren het weer wéér goed voorspeld), en hard ook.Voor morgen voorspellen zowel de Denen als de Noren trouwens een droge dag.
FIETSEN MAG HIER NIET
dag 38 woensdag 23 juli 2025
Fredensborg
Het is vandaag heerlijk fietsweer. Dus vertrekken we in de loop van de ochtend naar Helsingør. De tocht is prettig: een prima fietspad naar Humlebæk, daar slaan we linksaf en rijden we over fietspaden en fietsvriendelijke straatjes, grotendeels langs de Øresund, naar Helsingør. Het hoofddoel van vandaag is het kasteel Kronborg. Het had oorspronkelijk een strategisch doel: het heffen van tol op langsvarende schepen. Dit heeft regelmatig tot spanningen geleid met Zweden. Dat land heeft als reactie op de Deense tol het Göta-kanaal aangelegd, een vaarweg van Göteborg naar de Oostzee (zie ook ons Scandinavië-verslag van 2022).
We fietsen eerst om het kasteel heen, en zien uiteindelijk een poort die toegang geeft tot het gebied van de militaire barakken. Zouden we daar met de fiets naar binnen mogen? Het enige signaal dat er is, is een bord “maximum aslast 3 ton”. Dat halen wij bij lange na niet, dus we fietsen door.
Een stuk verder komen we bij de poort naar de binnenplaats van het kasteel. Op onze vraag, of je ook een toegangsbiljet nodig hebt, om de binnenplaats te bekijken, krijgen we de wind van voren. “Je mag hier helemaal niet komen met de fiets. Dat staat op een boord bij de hoofdpoort”. Op onze mededeling, dat wij niet via de hoofdpoort zijn gekomen, maar via de achterdeur, en dat we onderweg niets hebben gezien van een fietsverbod, haalt de bewaakster haar schouders op en herhaalt haar mededeling “fietsen mag hier niet”. Met deze mevrouw valt niet te praten, dus draaien we maar om.
We bekijken het kasteel nog eens van een afstandje (€25 p.p. om de binnenplaats te mogen zien, vinden we iets te gortig). We zien op het voorplein van het kasteel het multiculturele centrum van de stad, met daarin ook een bibliotheek. We rijden nog naar de oude binnenstad van Helsingør. Het is er gezellig druk. Daarna fietsen we weer terug naar de camping.
EEN SNUFJE KOPENHAGEN
dag 39 donderdag 24 juli 2025
Fredensborg – Kopenhagen 53 km
Gisterenavond wilden we voor de zekerheid een plaats boeken op de grote camping van Kopenhagen. We wilden er twee dagen blijven, aankomst op donderdag en de stad in op vrijdag. Er was echter nog maar één plaats vrij voor één nacht. Die hebben we toen maar geboekt.
We vertrekken vroeg uit Fredensborg, en rijden langs de Øresund-kust naar Kopenhagen. Het is lastig in foto’s te vangen, maar de tocht langs het water is prachtig. We zien de Øresundbrug verschijnen en zien aan de overkant van het water zelfs de Turning Tower, dat markante getordeerde gebouw in Malmö.
We zijn rond lunchtijd op de camping van Kopenhagen. Na de lunch halen we de fietsen van de drager. We rijden naar Kopenhagen over de Roskildevej, een rechte weg van zo’n 8 km die ons naar het hart van de stad brengt (bij het Tivoli en het Centraal Station).
We waren al vaker in Kopenhagen (2010 en 2017). We kennen de stad dus al wel. We rijden een rondje langs de bekende plekken: Christiansborg (voormalig koninklijk paleis, nu zetel van het Parlement), Nyhavn (het kleurrijke uitgaanscentrum van Kopenhagen), Amaliënborg (huidig koninklijk paleis, afgewisseld met Fredensborg – zie dag 36 – en Marcelisborg bij Aarhus – zie dag 25) en de Frederiks Kerk, de kleine zeemeermin (het is hier elke keer weer drukker; het lukt niet meer om een toeristenvrije foto te maken van Ariël) en het kasteel (men noemt het hier het Kastellet, maar het lijkt helemaal niet op een kasteel; het is veel eerder een vesting, een bastion of een bolwerk). Onderweg zien we nog een sculptuur die we niet eerder zagen (ook al was die er in 2017 al wel): ZinkGlobal van Kim Michael, een op de Denker gelijkend werk, opgebouwd uit oude machine-onderdelen.
Al met al is het helemaal niet erg, dat we op deze camping maar voor één nacht konden boeken. Een middag om Kopenhagen nog eens te bezoeken, is meer dan voldoende voor ons. Daar komt nog eens bij, dat de camping in Kopenhagen lang niet zo aangenaam is als die in Fredensborg. Het is dus geen straf, om morgen weer verder te rijden.
HET IS DRUK HIER
dag 40 vrijdag 25 juli 2025
Kopenhagen – Faxe Ladeplads 182 km
We rijden vandaag weer een Margriet-etappe. De bestemming is Faxe Ladeplads, een badplaats aan de Oostzee-kust van Sjælland. We rijden van Kopenhagen eerst naar Ledøje. Daar staat een bijzonder kerkje. Het heeft twee verdiepingen. De bovenste was voor de adel, de onderste voor de gewone burgers. Vervolgens komt Roskilde. Dat heeft een mooie kathedraal en een fraai historisch centrum. Van Roskilde gaat het met een flinke boog (over Kirke Eskilstrup) naar Køge. Dat is, met de Markt en de Kirkestræde, een van de best bewaarde steden van Denemarken. Vanuit Køge rijden we naar Stevns Klint, een kust met krijtrotsen. Via Rødvig, een aardig havenplaatsje, rijden we naar de camping in Faxe Ladeplads.
Qua landschap is de route een beetje saai. Qua bezienswaardigheden is het een boeiende etappe. We struikelen echter voortdurend over de drukte die er momenteel in dit deel van Denemarken heerst. Het is er zó druk, dat je geen enkele parkeerplaats kunt vinden, waar je de bus kwijt kunt. Roskilde hebben we tijdens een rondje door de stad vanuit de bus bekeken. Het centrum van Køge is autovrij, dus daar zijn we helemaal niet geweest. Hier wreekt zich onze aanpak om steeds vooraf een camping te boeken. Daartoe ben je min of meer door de drukte gedwongen. Je zit er dan echter wel aan vast, en kunt onderweg dus niet je plan aanpassen. Was dat wél mogelijk geweest, dan hadden wij bijvoorbeeld in Roskilde kunnen besluiten om naar de plaatselijke camping te gaan (als daar nog plaats was) om vervolgens met de fiets naar de stad te rijden. Zoiets had ook in Køge gekund. Maar we hebben nu eenmaal de volgende camping al geboekt.
Is het vandaag dan alleen maar kommer en kwel? Welnee. Zo zien we het prachtige Vallø Slot, ook al staat de zuidvleugel in de stijgers. De bijgebouwen van het slot zijn ook de moeite waard. We hebben een prima theepauze bij Rødvig, met een mooi uitzicht op de krijtrotsen van Stevns Klint.
DAG SJÆLLAND, DAG MØN
dag 41 zaterdag 26 juli 2025
Faxe Ladeplads – Keldby 150 km
We rijden vandaag door het zuiden van Sjælland. Je kunt goed merken, dat we het hoofdstedelijke gebied inmiddels vrij ver achter ons hebben gelaten. Het landschap is weer veel leger en stiller.
Vanuit Faxe Ladeplads rijden we via Faxe (soms ook geschreven als Fakse) richting Haslev. We zien er het kasteel Bregentsved en het Gisselfeld Kloster
We rijden verder via Næstved, Lov en Tappanøje naar Præsto. Dat is een schilderachtig stadje. Het begint te wennen: er is geen parkeerplaats te vinden. De Margrietroute gaat dwars door het centrum. De straatjes staan zó vol met geparkeerde auto’s, en er zijn zoveel tegenliggers, dat we al onze aandacht nodig hebben voor een schadevrije rit door het stadje. We vergeten om foto’s te maken. We zigzaggen verder, soms langs de kust – deze staat vol met vakantiehuizen en grote villa’s, we kunnen er geen picknickplek aan het water vinden – dan weer door het binnenland – we vinden een klein stukje voorbij Stovreby een picknickplek die uitblinkt door de rust die er heerst – tot we in Kalvehave zijn. Daar nemen we afscheid van Sjælland. We rijden over de Dronning Alexandrines Bro (de Brug van Koningin Alexandrine) naar het eiland Møn.
Op Møn rijden we via Stege naar Keldby, waar we op de camping een prettige plek vinden.
De route van vandaag is landschappelijk boeiend. We komen door verschillende leuke dorpjes en stadjes. We zien verschillende witte kerkjes, maar daar is er niet eentje bij die speciale aandacht vraagt. We zien ook een aantal kastelen/sloten/landhuizen, of beter gezegd, de meeste van die gebouwen zien we niet, omdat ze door het groen aan het oog worden onttrokken.
Na drie achtereenvolgende verplaatsingsdagen is het weer tijd voor een rustdag. Morgen blijft de bus dus op zijn plek staan.
NAAR DE KLINT
dag 42 zondag 27 juli 2025
Keldby
Het weer is vandaag niet denderend, maar het blijft droog, dus fietsen we naar Møns Klint. Het rondje is maar 35 km lang, maar er zitten nogal wat hoogtemeters in, dus het is een aardige exercitie. Daar komt bij, dat er in dit deel van Denemarken nauwelijks fietspaden zijn. Op een deel van het traject rijdt je op een smal voetpad direct naast de hoofdweg (en het is druk op die weg, want al het verkeer naar Møns Klint gaat over die ene hoofdweg). Het grootste deel van de tocht gaat gelukkig over typische Margrietroute-weggetjes. Daar merk je goed, dat veruit de meeste Deense automobilisten rustig rijden, en netjes achter je blijven als er onvoldoende zicht is (hetgeen eerder regel is dan uitzondering met al die bochten en topjes en dalletjes). Ergo, het fietsen op de landweggetjes is veel prettiger dan het fietsen langs de hoofdweg. Daar komt nog bij, dat het heuvelachtige landschap, ondanks het ietwat trieste weer, zeker de moeite waard is, met steeds wel enig zicht op de zee.
Over de bestemming kunnen we kort zijn: wat een drukte is het daar bij Møns Klint. Als je er niets voor voelt om een trap van pakweg 500 treden (zo’n 88 meter hoogteverschil, een gebouw van ongeveer 30 verdiepingen) af te dalen en daarna weer te beklimmen, dan kun je er alleen nog maar naar een uitzichtpunt lopen, waar je door de forse begroeiing vrijwel niets van de krijtrotsen of van het strand ziet. We plaatsen daarom ook maar een foto die we ergens in het publieke domein hebben gevonden.
VIER EILANDEN VERDER
dag 43 maandag 28 juli 2025
Keldby – Maribo 159 km
We verlaten vandaag Møn. We rijden achtereenvolgens over de eilanden Bogø, Farø, Falster en Lolland. We staan nu op een camping in Maribo, min of meer in het hart van Lolland.
We verlaten Møn via de zuidelijke route, dus niet via de Dronning Alexandrines Bro, maar via de Bogø-dam. Bogø is een van de vele kleine Deense eilanden. Je kunt er met een veerboot oversteken naar Stubbekøbing op Falster, maar wij kiezen voor de veel goedkopere oplossing: we rijden door naar het heel erg kleine eilandje Farø, daar nemen we de E47 richting Falster, bij de eerstvolgende afslag rijden we oostwaarts naar Stubbekøbing. Bij de jachthaven van dat stadje hebben we een prettige koffiepauze.
We rijden verder, soms langs de kust, maar meestal door het binnenland, via Hesnæs en Karleby, door een opvallend dicht bos, over de gebruikelijke smalle weggetjes, naar Nykøbing F (die F, van Falster, is er om het onderscheid te kunnen maken met de andere Nykøbings in Denemarken, op Mors en op Sjælland). Hier doen we wat boodschappen.
Bij Nykøbing F steken, we met een brug, over naar Lolland. We zetten koers naar Nysted. Dat is, qua bezienswaardigheid, het hoogtepunt van vandaag. Het is het kleinste stadje van Denemarken, met een schilderachtig centrum en een (onbereikbare) waterburcht, het Aalholm Slot. Om er toch iets van te zien, rijden we naar het Nysted strand, vanwaar we een mooi uitzicht hebben op het stadje én het slot. We hebben er een aangename picknick.
Het is dan nog maar een klein uurtje rijden naar Maribo, waar we een prettig plekje vinden op de camping.
TERUG NA 50 JAAR
dag 44 dinsdag 29 juli 2025
Maribo – Rantzausminde 138 km
Vijftig jaar geleden stonden we op de camping van Rantzausminde. We kochten tijdens een bezoek aan Svendborg in een meubelzaak een flink deel van onze meubels en gingen de volgende ochtend nagenoeg blut (door de aanbetaling) weer naar huis. Vandaag staan we weer op die camping. Het uitzicht is onveranderd fraai (zie de foto), er komen nog steeds verschillende veerboten voorbij (de archipel ten zuiden van Fyn telt vrij veel bewoonde eilanden), en het servicegebouw is volgens ons niet veranderd (al is het sanitair waarschijnlijk wel vernieuwd).
We “doen” vandaag weer een aantal eilanden, vijf stuks welgeteld. Allereerst slingeren we ons over Lolland naar Tårs. Daarbij rijden we een route over Krægernes (we slaan een bezoek aan de Dodekalitten over, want dat is iets te ver lopen). Onderweg komen we op het meest landelijke Margrietroute-weggetje tot nu toe. Het gras groeit midden op de weg. We treffen er ook de eerste andere Margriet-camperaars van onze tocht. Het is een echte camper, dus eigenlijk iets te breed en iets te hoog voor de Margriet-route. Dat vinden zij zelf blijkbaar ook, want bij de eerstvolgende hoek (net na de plaats waar de foto is genomen) houden zij de Margrietroute voor gezien, althans, die indruk krijgen wij.
In Tårs kunnen we vrijwel meteen aan boord van de veerboot naar Langeland. De overtocht naar Spodsbjerg duurt zo’n 45 minuten. Het waait flink (windkracht 5-6), maar op de boot merk je daar niet zo veel van.
Op Langeland, het tweede eiland van vandaag, pikken we de Margrietroute weer op. Ook hier rijden we over de gebruikelijke smalle landweggetjes. Die brengen ons naar Tranekær, waar het oudste bewoonde slot van Denemarken staat. In de buurt hebben we onze picknick.
Iets verder steken we met een boogbrug over naar het volgende eiland: Siø. Dat is vrij klein, maar niet zo klein als Farø, en er wonen ook meer mensen (wel vier keer zoveel).
Een dam brengt ons naar Tåsinge, eiland nummer vier. Hier stuiten we voor de eerste keer tijdens onze reis op een fysieke barrière: op de weg naar het Valdemars Slot is de toegestane hoogte 2,40 meter, en de buzz is door de dakluiken en de luifel 2,51 meter hoog. We zoeken een tussendoortje naar de hoofdweg.
Met een brug steken we over naar Fyn, het vijfde eiland van de dag. Na een bezoekje aan een supermarkt rijden we naar de camping.
PLENSBUI NA PLENSBUI
dag 45 woensdag 30 juli 2025
Rantzausminde
Het regent vandaag bijna voortdurend. We hebben gelukkig “van alles” voldoende “in huis”, en hoeven dus niet “de deur uit”. We maker er daarom maar een rustdag van. En er is hoop: volgens de Deense én de Noorse weerapp is het morgen overwegend droog.
HET LAATSTE DEENSE EILAND
dag 46 donderdag 31 juli
Rantzausminde – Fynshav 72 km
Volgens het oorspronkelijke plan zouden we vandaag naar Svendborg fietsen, kijken of we iets aantreffen dat ons bekend voorkomt. In de loop van de ochtend besluiten we, om dat niet te doen. We verwachten er niet veel van. In 2010 had onze speurtocht in Svendborg al geen enkel resultaat, waarom zou het nu beter gaan? Daar komt bij, dat de vestiging in Svendborg van Jensen’s Bøfhus, waar we “50 jaar meubels” willen herdenken, niet meer bestaat ( zo ontdekken we vanochtend). Een belangrijk argument is ook, dat Loes last heeft van een knieblessure, waardoor lopen en fietsen even wat minder goed gaan.
Rond 10 uur hakken we de knoop door: we gaan weer verder met de reis. Er moeten nog wel een paar essentiële zaken worden geregeld: het chemisch toilet moet worden geleegd, evenals de afvalwatertank, en we moeten vers water innemen. Door dit alles vertrekken we pas rond 11:30.
We zigzaggen door het heuvelachtige Zuid-Fyn. We rijden o.a. door Vester Skernige. Op een gegeven moment staan we voor een houten bruggetje dat behoorlijk smal is (2,50 meter) en niet al te sterk (maximaal 3500 kg belasting). Beide kwalificaties zijn op het randje voor ons. De buzz is onder de spiegels 2,10 meter breed (met spiegels is het 2,70 meter), maar het is de vraag of de spiegels boven de leuningen van de brug uitkomen. De buzz weegt met lading en inzittenden ongeveer 3500 kg (waarschijnlijk iets meer). We besluiten daarom, om de gok niet te wagen. We verlaten de Margriet-route en hopen die een stukje westelijker weer te kunnen oppikken.
Een paar kilometer verder zien we op het TomTom-scherm een blauwe lijn verschijnen. Die lijn (thuis ingetekend) verklapt het waarschijnlijke verloop van Margriet-route, mochten er richtingbordjes ontbreken (en dat is regelmatig het geval). We hebben de route weer te pakken.
Even verder brengt de route ons bij het Holstenshuus. Het is, zoals gewoonlijk, niet toegankelijk, maar dit gebouw is voor de verandering vrij goed zichtbaar.
We rijden door Faaborg (hier waren we al in 2010 en 2018), dus we beperken onze activiteiten hier tot het doen van enige inkopen. We vervolgen de rit door de Svenninge Bakker, een dichtbebost heuvellandschap, en komen uit in Faldsled. Bij de jachthaven houden we een picknick-pauze (het is inmiddels bijna 14:00 uur).
Na de lunch rijden we nog een klein stukje verder tot we in Bojden zijn. De boot van 15:00 uur ligt al aan de veerstoep. We zijn dus mooi op tijd. We ontfutselen de automaat een ticket voor de overtocht, en kunnen bijna onmiddellijk aan boord rijden. Vijftig minuten later gaan we in Fynshav weer van boord. We zijn nu op Als, het laatste Deense eiland van deze reis.
Volgens het reisschema zouden we vandaag doorrijden tot Kruså. Omdat we vanochtend behoorlijk laat zijn vertrokken, is die bestemming niet meer reëel. We zoeken dus een camping in Fynshav op. Onze plek op die camping bevalt ons zó goed – we hebben een fraai uitzicht over de Lillebælt – dat we besluiten om er morgen ook te blijven.
PRIMA RUSTDAG
dag 47 vrijdag 1 augustus 2025
Fynshav
We gaan vandaag helemaal nergens naar toe. De zon schijnt regelmatig uitbundig, maar er zijn ook enkele felle regenbuien. Na een zo’n bui zien we een mooie regenboog. Aan het begin van de avond is het heel rustig weer met een redelijk kalme, tamelijk blauwe Lillebælt. Morgen rijden we de laatste Margriet-etappe.
HET DEENSE RONDJE IS ROND
dag 48 zaterdag 2 augustus 2025
Fynshav – Tønder 142 km
Op 18 juni waren we voor de eerste maal op de camperplaats in Tønder. Vandaag zijn we er weer. In 45 dagen legden we 3520 Deense kilometers af, in 24 etappes.
De complete Margriet-route is 4218 km lang. We hebben dus zo’n 700 km van de Margriet-route niet gedaan. Het betreft de routes over de eilanden Æro en Mors en de route door het midden van Jutland (Aalborg – Holstebro – Herning – Billund- Kolding – Haderslev – Aabenraa – Kruså). Deze routes pasten niet in een logisch rondje.
Over vandaag: al snel na ons vertrek zijn we in Augustenborg, aan het Als-fjord. Het slot is niet toegankelijk voor het publiek, dus wij zwaaien (naar het zichtbare deel van het slot) en draaien (de snelweg naar Sønderborg op).
In Sønderborg valt het oog vanzelf op het zoveelste koninklijke slot: het Sønderborg Slot. Het is te bezoeken, maar dan krijg je een flink museum over de Deense oorlogen er bij cadeau: die van 1848-1850 (Eerste Duits-Deense oorlog om de hertogdommen Sleeswijk en Holstein, destijds behorend bij Denemarken, beide met een gemengde bevolking, die begon met een opstand van Duitsers die werd gesteund door Pruisen; de oorlog eindigde onbeslist en beide hertogdommen bleven Deens), 1864 (Tweede Duits-Deense oorlog; Sleeswijk en Holstein werden Duits), 1914-1918 (Denemarken was neutraal, maar na de oorlog kwam Noord-Sleeswijk op basis van een referendum weer bij Denemarken; het betreft het eiland Als en het zuiden van Jutland tot grofweg de lijn Ribe – Kolding; tijdens ons bezoek aan Ribe viel op, dat de stad een flinke Duitstalige minderheid heeft) en 1940-1945. Zo’n uitbundig museum past niet in ons schema (we willen op tijd in Tønder zijn, anders is er misschien geen plaats meer), dus we rijden verder.
Tussen Sønderborg en Padborg volgen we de kust van het Flensburg-fjord. We komen door Gråsten, een van de vele koninklijke residenties. We hebben het slot niet gezien (geen parkeerplaats en niet te zien vanaf de weg), dus we rijden verder. Het lukt ons niet, om een mooie picknickplek aan het fjord te vinden. Pas na Kruså en Padborg vinden we een plek op een parkeerplaats in de buurt van Kamp Frøslevlejren, te vergelijken met Kamp Westerbork in Nederland. Na de lunch rijden we door naar Løgumkloster, waar de kerk van het voormalige (en geheel verdwenen) Cisterciënzerklooster zeer de moeite waard is. Er vindt echter net een huwelijksdienst plaats, dus we rijden maar weer verder.
We besluiten vandaag meerdere malen om “maar verder te rijden”, anders komen we wellicht te laat op de camperplaats in Tønder. Als we er rond 15:00 aankomen, blijkt het er echter veel rustiger te zijn dan op 18 juni. We hadden ons dus onderweg niet zo hoeven haasten.
Ook nu, 21:15, is er nog volop plaats op de cp (de naastgelegen camping is zelfs vrijwel leeg). We veronderstellen dat dit komt, omdat het nu zomervakantie is. Gezinnen met kinderen komen niet naar hier, want er is geen vertier aanwezig. Senioren lijken juist de zomervakantie te mijden.
p.s. wat is het verschil met de foto van dag 3 (afgezien van het weer, het geopende raam en de overige campers)? (oplossing)
NA REGEN KOMT ….. STADE
dag 49 zondag 3 augustus 2025
Tønder – Stade 230 km
We hadden de terugweg anders gepland. Een gedachte was, om op de terugweg niet naar Tønder te gaan, maar een klein stukje door te rijden naar Rømø, om alsnog over het eiland te fietsen. Misschien hadden we ook nog tijd, om weer naar Esbjerg te gaan om toch nog de fietstocht over Fanø te maken. Het weer in Denemarken wilde echter niet meewerken. Het werd maar geen prettig fietsweer. Daar kwam de gevoelige knie van Loes nog eens bij. Geen grote fietstochten dus.
Een andere gedachte was, om op de terugweg met relatief korte etappes nog een aantal interessante plaatsjes te bezoeken. De eerste halte op de terugweg zou Friedrichstadt in Sleeswijk-Holstein zijn. Dat plaatsje wordt ook wel het Hollandse stadje genoemd, i.v.m. de architectuur van de huizen in het oude centrum. We zouden daar vroeg in de middag zijn aangekomen, na een toeristische route langs de Waddenkust. We zouden het kleine stukje naar het stadje fietsen, om daar uiteindelijk een hapje te eten (uit eten is in Duitsland veel goedkoper dan in Denemarken). Maar het weer werkte wederom niet mee. Gisterenavond begon het om 22:00 hard te regenen, en dat is zo doorgegaan tot 16:00 vanmiddag. Als wij tegen 13:00 in Friedrichstadt aankomen, regent het nog steeds pijpenstelen, en de weersvoorspelling is behoorlijk somber. Daarom rijden we maar verder. Omdat er zuidelijk van Friedrichstadt geen aantrekkelijke campings of camperplaatsen zijn, moeten we een flink eind afzakken. We maken de keuze om maar weer met de veerboot van Glückstadt naar Wischhafen de Elbe over te steken, want er is bij de tunnels in Hamburg al dagen een hele grote file. Blijkbaar hebben ook veel andere reizigers dit opgemerkt, want het is ongelooflijk druk in Glückstad. Er staat een rij van wel 2 kilometer te wachten. En die rij maakt maar weinig voortgang. Een stukje verder, we zijn halverwege, zien we de verklaring: het verkeerslicht op de kruising geeft “dauer-rot bei Stau”, oftewel, het licht blijft op rood als het wegvak achter de kruising vol verkeer staat. En dat is vaak het geval, merken we, als we zo’n 20 minuten als derde in de rij naar het rode licht staan te kijken. Steeds als er achter de kruising enige ruimte ontstaat, wordt die ruimte benut door “voordringers” die via een omweg van links of rechts bij de kruising komen en geen last hebben van dauer-rot.
Eenmaal de kruising voorbij, is het nog maar een peulenschilletje: 20 minuten later staan we op een veerboot. We mogen als laatste aan boord. Al met al heeft de oversteek incl. het wachten voor ons bijna drie uur geduurd.
Aan de overkant is de eerste goede camping/camperplaats de cp in Stade, waar we ook op de heenweg hebben gestaan. Daar zijn nog behoorlijk wat plaatsen vrij.
LANGS EEN OUDE BEKENDE
dag 50 maandag 4 augustus 2025
Stade – Westerstede 132 km
Van de geplande ‘relatief korte etappes langs interessante plaatsjes’ is de terugreis veranderd in ‘relatief korte etappes langs bekende plaatsjes’. Stade is zo’n oude bekende (15 t/m 17 september 2020 en 17 juni 2025), en de camperplaats in Westerstede, waar we nu na 132 km zijn aangekomen, is er ook een (5 augustus 2017, 21 juli 2018, 20 juli 2022).
We rijden vanuit Stade over de B74 naar Bremervörde, vervolgens over de B71 naar Bremerhaven, waar we een klein stukje over de A27 nemen (wat rijden ze hard op de autosnelwegen in Duitsland). Iets ten zuiden van Bremerhaven nemen we de B347, die door de Wesertunnel gaat (wat rijden die Duitse vrachtwagens langzaam op de binnenwegen; de truc aan de kop van onze colonne rijdt heel constant 65 km/uur, waar 100 is toegestaan). Na zo’n 20 kilometer nemen we een binnendoortje over Jade naar Westerstede.
De ontwikkeling die in Tønder al opviel (het is aanzienlijk rustiger dan de vorige keer) is ook te merken in Stade en Westerstede. Het lijkt of de eertijds overal en altijd nadrukkelijk aanwezige Duitse camperaars nu massaal thuis zijn gebleven (omdat het zomervakantie is?).
En morgen? Het zou zo maar kunnen, dat we dan naar nog een oude bekende rijden.
NOG EEN OUDE BEKENDE
dag 51 dinsdag 5 augustus 2025
Westerstede – Rijssen 193 km
De dag begint met een praatje met de beheerder van de camperplaats in Westerstede. Waarom is het er zo rustig (maar 12 van de 45 plaatsen zijn bezet)? Haar antwoord bevestigt onze vooronderstelling: omdat het nu schoolvakantie is. Gezinnen met kinderen komen hier niet, omdat er geen zwembad is en geen speeltuin. Senioren en gezinnen zonder kinderen gaan vaak liever in het voor- en naseizoen. Dan is het hier veel drukker.
Haar (veronder)stelling past heel goed bij onze waarnemingen op de camperplaatsen in Stade en Tønder. Op onze heenreis (nog in het voorseizoen) was het er veel drukker dan op onze terugreis (in het hoogseizoen). Hij past ook bij de situatie op ons adres voor komende nacht. We staan op de camperplaats in Rijssen. Daar is het uitzonderlijk rustig (zie de foto). Ook deze cp is een oude bekende. We waren hier al twee keer: 18 en 19 september 1920 en 12 t/m 16 juni 2021. Beide keren was het véél drukker, maar toen waren we er buiten de schoolvakanties.
Voor de volledigheid: we rijden vandaag op ons gemak binnendoor, regelmatig met een langzame vrachtauto voor ons: Westerstede – Ocholt – Harkebrügge – Kampe – B401 tot Surwold – linksaf naar Sögel – Haselünne – B213 tot Bawinkel – rechtsaf naar Geeste – Wietmarschen – Nordhorn – Neuenhaus- Ootmarsum – Almelo – Wierden – Rijssen, een rit van 193 km, dus een relatief korte etappe.
Volgens de traditie (als we in Rijssen zijn) beëindigen we de dag met een etentje in ‘t Witte Hoes, een gelegenheid waar Loes warme herinneringen aan heeft uit de tijd dat ze er als jong meisje in het weekend vaak naar de speeltuin ging.
WEER THUIS
dag 52 woensdag 6 augustus 2025
Rijssen – Tilburg 186 km
Na 52 dagen, 4958 km, via 30 campings en camperplaatsen, zijn we weer thuis.
Vanuit Rijssen rijden we binnendoor (Markelo, Lochem, Zutphen/Warnsveld, Doesburg/Drempt en Zevenaar) naar Groessen. Daar kijken we even naar (de bouw van) het nieuwe huis van Bartek en Marloes. Via Duiven rijden we naar de A12, om via de A50, A59, A2, N65 en Udenhout naar huis te gaan.
–