NOORD-DUITSLAND 2020

In 2020 zouden we 4 weken, van 24 augustus tot en met 20 september, rondtrekken door Frankrijk. In verband met corona hebben we Frankrijk echter na 5 dagen weer verlaten, en zijn we “verhuisd” naar Noord-Duitsland. 
In 28 dagen hebben we 17 etappes gereden. Daarbij hebben we 3656 km afgelegd. 

routekaart
campings en camperplaatsen
inhoud

inleiding

top

DE RAND VAN DE VOGEZEN
dag 1      ma 24 augustus 2020
Tilburg – Saint-Dié-des-Vosges      543 km

op de camperplaats van Saint-Dié-des-Vosges

We vertrekken rond tien uur. Bij de Baars gaan we richting Eindhoven. Daar kiezen we voor de A2 richting Maastricht. Bij Maastricht rijden we door de nieuwe tunnel. 

Bij Luik volgen we de route richting Luxemburg. In verband met corona willen we terughoudend zijn met bezoekjes aan de horeca. Waar we anders aanleggen bij een van de restaurantjes van Baraque de Fraiture, kiezen we er deze keer voor, om onderweg de meegenomen broodjes op te eten.

Natuurlijk tanken we in Luxemburg. Via Metz rijden we naar Nancy. Onze “stamcamping” aldaar, Le Brabois, is i.v.m. corona het gehele jaar gesloten, dus rijden we verder richting de Vogezen. We stoppen op de camperplaats van Saint-Dié-des-Vosges.

top

OVER DE TOPPEN
dag 2       di 25 augustus 2020
Saint-Dié-des-Vosges – Altkirch   192 km

We maken vandaag een fraaie rit door de Vogezen. In Saint-Dié nemen we de N59 richting Colmar, maar al snel slaan we af naar de D459 richting Sainte-Marie-aux-Mines. Daar kiezen we de weg naar de Col du Bonhomme (D48 en D148). Op de col leggen we aan voor een cappuccino. Het is voor het eerst deze reis, dat we een mondkapje dragen. Het is nog even zoeken, hoe je kunt voorkomen dat je bril beslaat.

onderweg naar de Col du Bonhomme
het eerste mondkapje, met beslagen brillenglazen

Via de D148 en de D61 rijden we naar het volgende hoogtepunt: de Col de la Schlucht. Hierna volgen de Hohneck en Le Markstein aan de D430 en de Grand Ballon (D431). Aan het einde van de D431, in Cernay, laten we de Vogezen achter ons en  rijden we het Rijndal in.

De weg van Sainte-Marie-Aix-Mines tot Cernay staat ook bekend als de Route des Crêtes. Deze weg is tijdens de Eerste Wereldoorlog door het Franse leger aangelegd als verbinding tussen het noordelijke en het zuidelijke front. De weg diende ook voor de bevoorrading van de Franse troepen die in de Vogezen vochten.

in de buurt van Le Hohneck
onderweg naar le Grand Ballon
op de camping in Altkirch

Vanaf Cernay rijden we via de N66 en de A36 naar Kembs. Dat lijkt ons een aardige plek om eens een stuk langs de Rijn te fietsen. Dit plannetje gaat op twee punten onderuit:
1. De Rijn is hier vrij industrieel aangekleed en daarmee niet echt romantisch.
2. De camping in Kembs is helemaal leeg en de receptie is gesloten.

We rijden daarom maar door naar de eerstvolgende acceptabele gelegenheid, een camping in Altkirch aan de zuidrand van de Vogezen.

Tijdens de rit door de Vogezen is het overwegend bewolkt. In Altkirch is het nog maar lichtbewolkt met een temperatuur van 27° C. We draaien de luifel dus maar uit, en gaan lekker buiten zitten.

top

ALLEEN OP DE WERELD
dag 3       wo 26 augustus 2020
Altkirch   

Altkirch

We blijven een dagje in Altkirch hangen. In de loop van de ochtend hebben we de hele camping voor ons alleen. Inmiddels zijn er weer zo’n 6 plaatsen bezet. 

We gaan op de fiets naar de Super U. Altijd weer een bijzondere ervaring, zo’n grote supermarkt, zeker als iedereen een mondkapje draagt. Opvallend: de winkelwagentjes en mandjes worden hier niet gedesinfecteerd. Er staan ook geen spullen bij de ingang waarmee je dat zelf kunt doen. Blijkbaar vindt de Franse evenknie van het RIVM, dat zoiets niet nodig is als iedereen maar voortdurend zijn handen wast. Wij spreken voor alle zekerheid onze voorraad latex handschoentjes aan. 

Het is een ongeplande maar aangename rustdag (26° C, met veel zon en ook verschillende schaduwrijke bomen onder handbereik). Morgen gaan we naar de Bourgogne.

top

NAAR DE BOURGOGNE
dag 4       do 27 augustus 2020
Altkirch – Cormatin       303 km

op de camping in Cormatin

Vandaag is een reisdag. Na een rit van 303 km (over Belfort – Vesoul – Dole – Chalon-sur-Saône) komen we aan in Cormatin. Dat plaatsje ligt aan de voie verte tussen Chalons-sur-Saône en Macon. Een voie verte is een fietsroute die doorgaans is aangelegd op oude spoorwegtracé’s. Cormatin ligt ongeveer halverwege, dus we kunnen de route in twee richtingen verkennen. De camping ligt bijna direct aan de voie verte.

Het is vandaag met 30°C een beetje aan de warme kant, maar met de airco ingeschakeld merk je daar tijdens het rijden niet zo veel van. Morgen krijgen we hier een beetje last van dezelfde depressie als jullie in Nederland (en België!). We zien wel. Een extra rustdag is niet zo’n ramp. 

Tot slot: klaagden we gisteren over het gebrek aan desinfectie van de winkelwagentjes, vandaag zien we het andere uiterste bij de receptie van de camping; de mevrouw aan de receptie geeft mij mijn kampeercarnet (een soort identiteitsbewijs) terug in een doek nadat ze dat carnet in die doek met een spray heeft gedesinfecteerd; ook worden de knoppen van de pinautomaat gedesinfecteerd voordat ik mijn pincode invoer.

top

FRANKRIJK VERKLEURT SNEL
dag 5       vr 28 augustus 2020
Cormatin

Vandaag doen we twee dingen: 
1. We  wachten tot de stevige regen (23 mm) eindelijk wil ophouden. Dat is pas tegen 18:00 uur. 
2. We vragen ons af, wat te doen met onze tocht door Frankrijk. De besmettingsgraad in Frankrijk groeit immers in rap tempo. In steeds meer departementen komt deze boven de 50 per 100.000 (ter vergelijking, in Tilburg is de besmettingsgraad momenteel ongeveer 24/100.000). Bij meer dan 50/100.000 wordt het departement door de Franse overheid op rood gezet, wat vervolgens leidt tot een oranje code volgens de Nederlandse systematiek. Daar moet je dus wegblijven. 

Bijna alle departementen in Zuid-Frankrijk zijn inmiddels oranjegekleurd in de Reisapp van Buitenlandse Zaken. Dat geldt ook voor de Vaucluse. Ergens in ons achterhoofd is het de bedoeling om daar, via een omweg langs het Meer van Genève en de Franse Alpen, uit te komen, om een bezoekje te brengen aan Frans en Marie-Louise die in de buurt van de Mont-Ventoux kamperen. Dat plan laten we varen. 

De besmettingsgraad in “ons” departement, Saône-et-Loire, is nog redelijk laag. We blijven dus in ieder geval nog een dag hier, voor een fietstocht over de voie verte naar Cluny, een schilderachtig middeleeuws plaatsje met een indrukwekkende en beroemde abdij.

top

ADIEU FRANKRIJK (HELAAS)
dag 6       za 29 augustus 2020
Cormatin – Diekirch       471 km

Gisteren gaven we al aan, dat de besmettingsgraad in Frankrijk flink aan het stijgen is. Geen wonder, want de gemiddelde reproductiewaarde schommelt momenteel tussen 1,5 en 1,8. Dat geldt voor vrijwel alle departementen. Het zou ons dan ook niet verbazen als veel departementen binnenkort “code oranje” krijgen.

De informatie die de Franse overheid publiceert, is niet erg actueel. De meest recente gegevens op gouvernement.fr zijn van 24-08. Het is dus lastig om op die info te varen. Zo zou de besmettingsgraad in de Haute-Savoie “nog maar” 28,49 zijn. Dat lijkt nog redelijk veilig (maar een klein beetje hoger dan Tilburg). Maar toch, het is de situatie van 4 dagen geleden, en met een R-getal van 1,6 kan het snel gaan. Kortom, we zien het niet meer zo zitten in Frankrijk. 

We dachten nog, om vandaag naar Cluny te fietsen en om morgen noordwaarts te rijden, maar volgens de receptioniste van de camping is zondag een slechte dag om te rijden (een zwarte zondag). Daarom vertrekken we vandaag. 

We staan nu op een camping in Diekirch, in Luxemburg.

top

LUXEMBURG IS MOOI, MAAR …..
dag 7       zo 30 augustus 2020
Diekirch – Winsen       510 km

Luxemburg was maar een tussenhalte. Daar gaan we in een voor- of najaar vast nog wel eens heen. Maar voor nu hebben we andere plannen, de oude plannen.

Oorspronkelijk hadden we het plan om naar Mecklenburg-Vorpommern te gaan. Ooit is daarnaast het plan ontstaan voor een rondje door Oost-Nederland (met evt nog een uitstap naar Texel).
De routeplanner geeft voor Diekirch-Ootmarsum een route via Keulen. Ook voor Diekirch-Usedom gaat de route via Keulen. Bij Keulen splitsen de wegen. We hebben dus tot Keulen de tijd, om de knoop door te hakken.

Bij Keulen aangekomen, kiezen we voor rechtsaanhouden. We gaan dus naar Mecklenburg-Vorpommeren.

We willen eigenlijk naar de camperplaats van Celle, maar die is helemaal vol als wij ons daar melden. Daarom rijden we door naar het dichtbij gelegen Winsen. Daar staan we nu op de camperplaats van de lokale camping.

Morgen fietsen we naar Celle. Dat heeft een schitterende altstad.

top

EEN EN AL VAKWERK
dag 8       ma 31 augustus 2020
Winsen – Celle       19 km

op de camperplaats in Celle

Het regent vanochtend pijpenstelen in Winsen, ook al heeft Weeronline iets meer zon beloofd. Met die regen is het niet aantrekkelijk om naar Celle te fietsen (zo’n 13 km). Daarom verkassen we naar de camperplaats in Celle (gisteren waren we daar ook aan het einde van de middag, maar toen stond het er helemaal vol). Deze camperplaats ligt aan de rand van de Altstad. 

Tegen de middag krijgt Weeronline toch nog gelijk. De zon breekt door. We fietsen op ons gemak door Celle. Wat een prachtig stadje. Schitterende vakwerhuizen, sommige al meer dan 500 jaar oud.

Celle
Celle
Celle
Celle
Celle

top

HET WEMELT VAN DE CAMPERS
dag 9       di 1 september 2020
Celle – Seehof       240 km

op de camping in Seehof (Schwerin)

We schuiven vandaag een stukje naar het noordoosten op. Via de B191 en de A14 rijden we naar Mecklenburg-Vorpommern  De bestemming is de hoofdstad Schwerin. Schwerin is de geboorteplaats van Hendrik van Mecklenburg-Schwerin, de gemaal van koningin Wilhelmina. 

Schwerin is een deftige residentie (die niet zo veel heeft geleden onder het DDR-regime). We willen een plekje op de plaatselijke camperplaats, maar die is helemaal uitverkocht. Steeds vaker blijkt, dat wij niet de enigen zijn die in dit gebied rondreizen. Het wemelt hier in Mecklenburg-Vorpommern van de campers, veelal met senioren. 

We rijden maar door naar de camping in het plaatsje Seehof, iets ten noorden van Schwerin. (We waren hier al een keer in 2005, toen we naar Rügen gingen.) Als het weer een beetje meewerkt, dan fietsen we morgen naar Schwerin. 

Een reactie op de vraag van Nanny: Duitsland heeft aanzienlijk minder besmettingen dan Frankrijk, maar ook relatief minder dan Nederland. Binnen Duitsland is Mecklenburg-Vorpommren het minst besmette land: gisteren scoorde Nederland 462 nieuwe besmettingen, Duitsland 610 en Frankrijk 3082. In Mecklenburg-Vorpommern was gisteren maar 1 besmetting. En dan te weten dat de verhouding van NL:D:F qua inwoners ongeveer 1:5:4 is. 

De belangrijkste corona-regels voor Duitsland zijn “1,5 m afstand” en “mondkapjes in overdekte openbare ruimtes“. Aan de mondkapjesregel houdt men zich vrij goed. Aan de afstandsregel houdt bijna niemand zich, behalve senioren zoals wij. Overigens is het dragen van een mondkapje al snel een tweede natuur geworden. In het begin was het nog even zoeken naar de draagwijze waarbij de bril niet beslaat, maar dat was eigenlijk het enige ongemak.

top

ZE ZIJN NOG NIET ZO VER
dag 10       wo 2 september 2020
Schwerin 

De dag begint vrij bewolkt, maar tegen 11 uur klaart het op. Daarom stappen we op de fiets voor een bezoekje aan Schwerin. We kiezen voor de toeristische fietsroute langs de Schweriner See.

In het centrum van Schwerin vragen drie zaken om aandacht: de Markt met de Domkerk, het gebied met de gebouwen van de regering van Mecklenburg-Vorpommern en het slot van de voorouders van Prins Hendrik.

Het centrum wordt in beslag genomen door een rommelige weekmarkt, die druk wordt bezocht, waarbij de coronaregels consequent worden genegeerd.

De regeringsgebouwen zijn statig, en ook hier zie je een hoog gehalte aan donkere pakken.

Het slot staat in de zon te pronken met zijn gouden koepel. Het is er bijzonder druk met toeristen die in een lange rij staan te wachten tot ze eindelijk naar binnen mogen. Wij rijden er maar door.

We ontdekken vandaag, dat Duitsland op een aantal punten “nog niet zo ver is”. Zo kunnen we bij een restaurant in het centrum alleen contant betalen. Omdat we dat geld niet bij ons hebben, moet Ted op zoek naar een pin-automaat. Als hij daar op Google Maps naar wil zoeken, blijkt het restaurant geen Wlan (zo noemt men in Duitsland een wifi-netwerk) te hebben. Er is wel een openbaar wifi-netwerk, maar dat is nog niet verder gekomen dan de 3G-fase.

Schweriner See
Schwerin aan de Schweriner See
centrum van Schwerin
regeringsgebouwen in Schwerin
slot Schwerin
slot Schwerin

top

HIER WAREN WE AL EERDER
dag 11       do 3 september 2020
Schwerin – Waren      155 km

op de camperplaats in Waren

We schuiven vandaag weer een stukje naar het oosten op. Via de B104 naar Güstrow, met een klein zijsprongetje naar Bützow, verder via de B104 naar Teterow, en vervolgens via de B108 naar Waren (Müritz). 

Eigenlijk doen we Bützow, Güstrow en Teterow onrecht aan door er alleen maar even met de bus doorheen te rijden. Deze plaatsen hebben alledrie een boeiende altstad, die een bezoek zeker waard is. Maar we moeten keuzes maken, want we hebben nog maar 18 dagen, en de nadruk ligt toch echt op de kuststreek. 

In Waren waren we al eerder, in het voorjaar van 2011. Toen hebben we de omgeving uitgebreid verkend. Nu blijft het bij een bezoekje aan de stad, en wellicht een wasje. 

Het is hier overigens bijzonder druk. De Mecklenburgische Seenplatte is blijkbaar erg populair bij de Duitse toerist. Omdat we niet hebben gereserveerd, is er op de camping geen plaats voor ons. Er is slechts een plekje vrij op een tot camperplaats omgetoverde betonplaat.

top

FIETSEN LANGS DE MÜRITZ
dag 12       vr 4 september 2020
Waren

We doen het vandaag rustig aan. Tot pakweg 15:00 luieren we wat. Daarna fietsen we langs het meer, de Müritz, naar Waren. Waren heeft, zoals vrij veel andere plaatsen in Mecklenburg, een mooie altstad. Het heeft ook een bedrijvig waterfront.

de Müritz, met Waren op de achtergrond
waterfront van Waren
Neuer Markt Waren
winkelstraat in Waren
bijzondere gevel in Waren
knus straatje in Waren

Steeds vaker komen we tot de conclusie, dat de Duitse vakantieganger i.v.m. corona toch overwegend in eigen land is gebleven. We vragen ons dus af, of er aan de kust nog wel een plaatsje over is. We hebben contact gezocht met een camping op Usedom, waar we eerder zijn geweest, maar we krijgen geen enkele reactie. We zien wel, morgen.

top

TOCH EEN PLEK OP USEDOM
dag 13       za 5 september 2020
Waren – Ückeritz       150 km 

op de camping in Ückeritz

We worden vanochtend wakker met, wat de Duitsers noemen, Scheisswetter. Het regent met vlagen behoorlijk stevig. We vertrekken, voor onze doen, relatief vroeg, zo rond kwart voor tien. Dat doen we, omdat de Duitse campings vaak een Mittagsruhe kennen, waardoor de zaak van 13:00 tot 15:00 gewoon dicht is. Dan kun je, als je pech hebt, een paar uur voor de slagboom wachten om daarna te horen dat de camping vol is. 

We rijden tegen twaalven bij Wolgast het eiland Usedom op. We hebben onderweg heel veel campers en caravans als tegenligger, dus we hebben goede hoop, dat er wel enige ruimte zal zijn op de campings. De receptionist van de eerste camping moet ons echter teleurstellen. Er zijn inderdaad vrij veel gasten vertrokken, maar er zijn evenzoveel reserveringen. Via een digitaal systeem kan hij zien, dat alle betere campings aan de Oostzeekust waarschijnlijk vol zijn. We gaan daarom op zoek naar een acceptabele camping aan de zuidkant van Usedom. Daar tref je nauwelijks badgasten, dus is de kans groter op een vrije plek. Die vinden we al bij de eerste poging in Ückeritz. De camping ligt weliswaar aan het Achterwasser, maar Usedom is hier vrij smal, dus de Oostzee is onder handbereik. 

In de loop van de middag klaart het weer op. Voor morgen zijn de weersverwachtingen goed. We gaan morgen dus maar een eind langs de Oostzeekust fietsen.

top

EVEN NAAR POLEN
dag 14       zo 6 september 2020
Ückeritz – Świnoujście v.v.

Voor badgasten is er op Usedom behoorlijk wat vertier. Zo is er van Bansin, via Heringsdorf en Ahlbeck, tot het Poolse Świnoujście een doorgaande promenade, ruim 10 km lang. Deze promenade kent een paar groene stukken, maar is verder flink voorzien van hotels en (te huren) villa’s. De meeste villa’s stammen nog uit de twintiger en dertiger jaren van de vorige eeuw, toen welgestelde Berlijners een “stulpje aan de kust” lieten bouwen. Ook verschillende hotels stammen uit die (deftige) tijd.

We nemen ons voor om in Polen een hapje te eten. We hebben vooral trek in die heerlijke Poolse rauwkostsalades. Daarom beginnen we op tijd,  om 10:30, aan het eerste stuk: langs de plaatselijke hoofdweg naar het statige begin van de promenade in Bansin. Weer 7,5 km verder komen we aan de Duits-Poolse grens. Vroeger werd deze grens streng bewaakt, getuige de nog steeds aanwezige kale strook grond tussen beide landen. Nu is het vooral een plek om foto’s te maken. Zo’n 3 km verder is het einde van de promenade. Het is hier veel minder statig dan in het Duitse deel. De nog aanwezige villa’s (Świnoujście was destijds als Swinemünde een belangrijke Duitse stad) zijn behoorlijk vervallen.

het statige begin van de promenade in Bansin
de Duits-Poolse grens
Pools einde van de promenade: breed en sfeerloos

Uit eten kost in Polen nog steeds geen drol. We zijn, incl een ruime fooi voor de Poolse serveerster, voor €23,00 klaar. De rauwkostsalade is ouderwets lekker.

Eenmaal terug in Bansin laten we het fietspad langs de hoofdweg links liggen. We rijden door de bossen langs de kust naar Ückeritz-strand (dat is niets meer dan een verzameling strandtenten). Vervolgens steken we het eiland over (dat is hier ongeveer 2 km breed) naar de camping.

top

RONDJE KOSEROW
dag 15       ma 7 september 2020
Ückeritz – Koserow v.v.  

We besteden de ochtend aan allerlei huishoudelijke zaken. Na de lunch stappen we op de fiets voor een klein rondje in westelijke richting: langs de zuidkust naar Koserow en langs de noordkust weer terug.

We maakten dit rondje op advies van de mevrouw van de receptie. Volgens haar hebben ze bij Café Moritz in Koserow de lekkerste taart van Usedom. En ze heeft gelijk. De taart van Café Moritz is erg lekker. Loes kiest voor Eierlikörsahnetorte en Ted voor Quarksahnetorte.

De zuidkust, aan het Achterwasser, is maar een metertje hoog. Daarom zie je daar, als de wind goed staat, veel kitesurfers. De noordkust, aan de Oostzee, is hoger, zo’n 25 meter op het stuk dat wij vandaag bezoeken. De kust is er ook vrij steil. Voor de veiligheid van de badgasten is er een fraaie “Strandabgang” gebouwd.

de Oostzee vanaf Usedom
Strandabgang op Usedom

Morgen verlaten we Usedom. Wat onze volgende bestemming is, hangt af van de aanwezigheid van vrije plaatsen.

top

DAGJE BAKSTEENGOTIEK
dag 16       di 8 september 2020
Ückeritz – Stralsund      94 km 

op de camperplaats in Stralsund

We vertrekken vanochtend (voor onze doen) vrij vroeg. We verlaten om 09:30 de camping in Ückeritz. We willen uiterlijk om 11:00 bij de camperplaats van Stralsund zijn, omdat er dan nog een redelijke kans is op een vrije plaats. De rit duurde iets langer (flinke file in Wolgast, langzaam rijdende vrachtwagens), maar als we om 11.30 bij de camperplaats aankomen, zijn er nog een paar vrije plaatsen. Het lijkt alsof de drukte een beetje is geluwd.

We fietsen in de loop van de middag naar de stad. Stralsund is een van de oudste hanzesteden van Duitsland en dat is in het centrum op verschillende plaatsen goed te zien. Kenmerkend is de baksteengotiek. Omdat er in deze streek helemaal geen natuursteen voorhanden was, zijn sinds eeuwen alle gebouwen van baksteen gemaakt. De bekendste voorbeelden zijn het stadhuis van Stralsund en de Nikolaikirche, een hallenkerk uit 1270, met de voor de baksteengotiek zo kenmerkende witgepleisterde vlakvullingen. Ook verschillende woonhuizen zijn opgetrokken uit baksteen.

baksteengotiek: stadhuis van Stralsund
baksteengotiek: Nikolaikirche (met witte vlakvulling)
baksteengotiek: woning Stralsund
stadsmuur Stralsund
stadspoort Stralsund

We eten wat op een terrasje aan de haven met zicht op de nieuwe brug naar het eiland Rügen. Vol verbazing zien we dat de lokale bevolking zich helemaal niets aantrekt van de (ook in Duitsland behoorlijk strenge) coronaregels. Ze houden absoluut geen afstand. Er worden vele handen geschud, en er wordt driftig omhelsd en gezoend. Van mondkapjes op drukke plaatsen, zoals op een terras, schijnt bijna niemand te hebben gehoord, terwijl je die toch echt moet dragen als je van of naar jouw plaats loopt. Kortom, van de veronderstelde Duitse discipline is niets te merken. Toch opvallend, dat de besmettingsgraad in Mecklenburg-Vorpommern de laagste is van Duitsland. Of zou het andersom zijn? Door de lage besmettingsgraad voelt men zich veilig en neemt men het niet zo nauw met de regels.

zicht, vanaf de haven, op de Rügenbrücke
ook baksteen aan de haven (met het bewuste terras)

top

AAN DE OOSTKUST VAN RÜGEN
dag 17       wo 9 september 2020
Stralsund – Sellin       48 km 

op de camperplaats in Sellin

We zijn al weer (relatief) vroeg uit de veren, want we willen naar de camperplaats in Sellin aan de oostkust van Rügen. We weten inmiddels, dat er op zo’n camperplaats altijd wel een plekje is, als je er maar op tijd bent. We komen er, na een ritje van wel 48 km, om 10:15 aan, en treffen nog enige vrije plaatsen (da’s mooi), maar wel heel dicht op elkaar (da’s niet zo mooi).

Het is vandaag matig weer. Daarom houden we ons na aankomst koest.

top

OP DE FIETS NAAR PRORA
dag 18       do 10 september 2020
Sellin – Prora v.v.

Vanochtend verrichten we wat huishoudelijke klusjes, zoals het aanvullen van de watervoorraad en het legen van het chemische toilet.

Meteen na de lunch stappen we op de fiets met Prora als einddoel. Onderweg bezoeken we Sellin en Binz.

Sellin en Binz zijn badplaatsen die zijn ontwikkeld toen de welgestelde (vaak Joodse) Berlijner behoefte kreeg aan een weekendhuis aan de kust. Op vrijdagavond stapte men op de slaaptrein naar Rügen en op zondagavond ging men weer terug. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden de luxe villa’s aan de kust geconfiskeerd door de Nazi-elite. Ook in de DDR-tijd was de oostkust van Rügen gereserveerd voor het partij-kader. Na de Duitse eenwording zijn de chique gebouwen weer geprivatiseerd en gaandeweg in handen gekomen van de toeristenindustrie. Binz vindt zich het meest prestigieus, o.a. met een statig Kurhaus. Sellin pronkt met de mooiste Seebrücke (pier) van Rügen.

de Seebrücke van Sellin
de Seebrücke van Sellin in close-up
ergens tussen Sellin en Binz
de Seebrücke van Binz
Binz: hoezo corona?
het Kurhaus van Binz

Ook de geschiedenis van Prora is bijzonder. Halverwege de dertiger jaren begon KdF (Kraft durch Freude, de arbeidersbeweging van de Nazi’s) met de ontwikkeling van een reusachtig hotel voor de Duitse arbeiders. Het gebouw, met een lengte van 4,5 km, en 6 bouwlagen, moest 20.000 gasten kunnen herbergen. Nog vóór het in gebruik kon worden genomen, was het een geliefd doelwit voor de geallieerde luchtmacht, die er verschillende gaten in heeft geslagen. De resterende delen van het gigantische gebouw hebben de tijd als ruïne overleefd. Sinds een aantal jaren worden de gebouwen gerenoveerd en in de markt gebracht als hotel of als appartementencomplex. Sommige delen van Prora wachten nog op hun beurt. Het contrast tussen oud en gerenoveerd is behoorlijk groot.

Prora: oud
Prora: oud
Prora: oud en nieuw
Prora: oud en nieuw
Prora: nieuw
Prora: nieuw

top

MIDDEN IN DE NATUUR
dag 19       vr 11 september 2020
Sellin – Alt Reddevitz      12 km 

We veranderen vandaag maar een klein beetje van plaats, maar wat een verschil: van het drukke, toeristische, Sellin naar Alt Reddevitz, gemeente Middelhagen, midden in het natuurgebied Mönchgut. We willen hier morgen een fietstocht maken.

Van de drukke en krappe camperplaats in Sellin is het maar 12 km naar deze camping in Alt Reddevitz. Daar staan we op de Naturcampingplatz. Dat betekent, dat er geen afgebakende en voorbestemde plaatsen zijn. Ieder zoekt een plekje dat hem bevalt. Het resultaat is een gezellige warboel.

We houden vanmiddag een rustmiddag en fietsen tegen  zessen naar het lokale restaurant. Loes komt in dit gebied voortdurend aan haar trekken, want je vindt hier bijna uitsluitend visrestaurants. Voor Ted, toch eigenlijk vooral een vleesliefhebber, is dit een uitdaging, want doorgaans staat er op de kaart naast een flink aantal visgerechten alleen nog maar schnitzel, en dat gaat snel vervelen. Zo af en toe een Fischplatte is echter geen probleem. En het uitzicht over de Hagensche Wiek, zo heet dit stukje Oostzee, is erg mooi.

op de camping in Alt Reddevitz
uitzicht over de Hagensche Wiek

top

NAAR HET UITERSTE PUNTJE
dag 20       za 12 september 2020        
Alt Reddevitz – Klein Zicker v.v.

Het einddoel van de fietstocht is Klein Zicker. We maken echter eerst een zijsprongetje naar Göhren, want daar is de enige geldautomaat van deze streek. Waar wij in Nederland al een hele tijd geen contant geld meer op zak hebben, is het in Duitsland nog heel gewoon dat je alleen met baar geld kunt betalen. Dat geldt ook voor de camping waar we nu staan. Het vervelende is, dat men het haast nooit duidelijk vooraf aangeeft, dat je alleen met klinkende munt kunt afrekenen.

Van Göhren fietsen we langs de kust naar Thiessow, op een schitterend fietspad met veel andere fietsers, want het is weer weekend. Onderweg maken we een uitstapje naar Gager. Vanuit Thiessow rijden we nog door naar Klein Zicker, waarmee het uiterste puntje is bereikt.

De rit gaat door een gevarieerd landschap, soms polderachtig vlak met kleine dijkjes, kenmerkend voor het Mönchgut, dan weer vriendelijk golvend, zoals bij de “Gager Bergen”. Altijd is de kust nabij, soms met een vriendelijk strand, zoals tussen Göhren en Thiessow, soms met wat stijlere oevers, zoals bij de mond van de Zicker See.

typisch landschap in het Mönchgut
de Gager Bergen
de Hagensche Wiek bij Gager
strand tussen Göhren en Tiessow
steilere oevers aan de Zicker See

top

DE MEESTE MENSEN DEUGEN
dag 21       zo 13 september 2020
Alt Reddevitz – Pruchten       95 km

het achterlicht
op de camping in Pruchten

“De meeste mensen deugen” is de titel van een boek van Rutger Bregman. Vanochtend ervaren we dat de titel klopt. 

Bij het vertrek stoppen we nog even bij het sanitair om het chemisch toilet te legen. Daarbij parkeert Ted de buzz naast een gebouwtje. Iets te dicht bij het gebouwtje, want bij het uitdraaien van het fietsenrek komt dit (blijkbaar) tegen het gebouwtje aan, waarbij het kapje van het linker achterlicht sneuvelt. We hebben dat echter niet in de gaten, en rijden verder. Het kapje valt er vervolgens onderweg naar de receptie af. 

De deugende mensen: 
1. Een andere camperaar waarschuwt ons met zijn claxon dat er iets aan de hand is. 
2. De zoon van de campinghouder komt behulpzaam aangerend om te vertellen dat het bewuste achterlicht kapot is. Hij  regelt direct een monteur die op de camping kampeert en loopt met ons de camping op om naar de restanten van het kapje te zoeken. We kunnen die echter nergens vinden. 
3. Twee dames zien onze zoektocht en komen melden dat ze de restanten van het kapje midden op het pad hebben opgeraapt en in de kliko hebben gedaan. 
4. De monteur weet met ducktape en tiewraps het belangrijkste deel van het kapje weer te bevestigen, weliswaar zonder mistachterlicht en nummerplaatverlichting, maar de belangrijkste lampen (achterlicht, remlicht en richtingaanwijzer) functioneren prima. Hij wijst resoluut “ein kleines Trinkgeld” af en gaat verder met zijn ontbijt. 

Overigens komen we vanmiddag bij de camping in Pruchten, net ten zuiden van Zingst, voor een gesloten deur te staan (Mittagsruhe). Als de receptie weer open gaat, blijkt er slechts plaats voor één nacht (i.p.v. 3 tot 4 nachten). We nemen die plaats maar, en gaan straks overleggen, hoe de reis nu verder zal verlopen. Een verblijf op het eiland Zingst zit er mogelijk niet meer in.

top

DEUTSCHLAND IST BELEGT
dag 22     ma 14 september 2020
Pruchten – Guderhandviertel     283 km 

op de camping in Guderhandviertel

Overal, waar we vandaag een plaats zoeken, krijgen we te horen dat de camping helemaal vol is. Pas achter Hamburg (en daar zit je niet meer in Mecklenburg-Vorpommern maar in Niedersachsen), in Guderhandviertel (of all places), is “bij de gratie Gods” nog plaats op de camping voor één overnachting. Het is overal bijzonder druk. Blijkbaar heeft iedere Duitser die niet met vakantie naar het buitenland mocht vliegen, een camper of een caravan (of een boot) gekocht.

Duitsland is bij ons inmiddels een deel van zijn goodwill kwijtgeraakt. Een land waar je alleen nog maar kunt rondreizen, als je de overnachtingen  ruim vooraf hebt geboekt, is geen prettig reisland. We wagen morgen nog een poging bij de camperplaats in Stade, maar als we daar voor een gesloten slagboom komen te staan, dan wijken we uit richting Nederland.

Over de reis van vandaag: van Rostock tot Hamburg over de snelweg, met weinig last van files. Bij Hamburg slaan we af, richting de linker oever van de Elbe. De route voert dwars door het havengebied van Hamburg, met veel voorsorteerwerk tussen al die grote vrachtwagens. Dat is behoorlijk hectisch. Eenmaal buiten het havengebied komen we in het fruitgebied van het Altes Land terecht. Daar wemelt het van de toeristische fietsers.

de haven van Hamburg
fruit in het Altes Land

top

PRIMA PLEK IN STADE
dag 23       di 15 september 2020
Guderhandviertel – Stade      14 km 

We zijn vrij vroeg op pad vanochtend, en komen na een ritje van amper 15 km rond tienen bij de camperplaats in Stade aan. Er zijn nog verschillende plaatsen vrij en wij kiezen een eigen veldje. Waar veel anderen hier “luifel-aan-luifel” staan, hebben wij behoorlijk veel ruimte. 

Het is vandaag behoorlijk warm. Daarom besluiten we om er een rustdag van te maken, lekker onder de luifel en achter de nieuwe sunblocker. Aan het eind van de middag doen we wat boodschappen. 

Morgen gaan we Stade bezoeken.

op de camperplaats in Stade
op de camperplaats in Stade
de “luifel-aan-luifel-overburen”

top

EEN OUDE HANZESTAD
dag 24       wo 16 september 2020
Stade      

We worden vanochtend wakker met een “nevelige mist”. Het is grijs, het is klam, het is ….. vervelend weer. We verheugen ons dan ook extra op de krentenbollen die we hebben besteld bij de “bezorgbakker”. Dat valt tegen. Het deeg heeft wel een vertrouwde krentenbollenstructuur, maar de krenten ontbreken nagenoeg.

Tegen vieren breekt de zon door. We fietsen naar Stade, een stukje van niets, want de camperplaats is direct naast de Altstad. Wat een prachtig oud stadje. Vooral het gebied rond de oude haven van deze hanzestad, met de antieke tredkraan (een variant op tredmolen), is schitterend.

het oude stadhuis van Stade
winkelstraat in het centrum van Stade
gezelligheid aan de haven
de tredkraan van Stade
de oude haven van Stade

top

FIETSEN LANGS DE ELBE
dag 25       do 17 september 2020
Stade

Het doel van vandaag is de Fähranlager van Lühe. Daar vertrekt de waterbus naar Hamburg. Een groot deel van de fietstocht maakt deel uit van de Elbe-Fahrradweg. Om op deze route te komen, moeten we door Stade en door het fruitgebied.

Veel bomen in het fruitgebied hangen vol rode appeltjes. Deze worden nog met de hand geplukt. De boerderijen in het fruitgebied hebben fraaie vakwerkgevels.

rode appeltjes
mooie gevel

De Elbe hebben we al vaker gezien (bij de reizen in 2017 en 2018), en er is niets aan veranderd. Het is nog steeds een hele brede en hele lege rivier. We zijn, incl. een cappucino-break in Lühe, ongeveer drie uur aan de Elbe, en zien in die tijd slechts één schip (een flink containerschip).  

de Elbe
de Elbe
de Elbe

Het is goed toeven op de camperplaats in Stade. We houden dus per saldo een goed gevoel over aan Duitsland. Morgen gaan we kalmpjes richting Nederland.

top

NOG EEN HANZESTAD
dag 26       vr 18 september 2020
Stade – Rijssen       342 km

op de camperplaats in Rijssen

We staan op camperplaats Midas in Rijssen. Daar zijn meerdere aanleidingen/redenen voor.
1. Op de terugweg tijdens onze vorige reis, naar Friesland, kwamen we door Rijssen. Toen we een cappuccino dronken bij ‘t Witte Hoes, zagen we dat daarnaast een nieuwe camperplaats was aangelegd.
2. Tijdens onze reis door Noord-Duitsland hebben we een paar keer overnacht op een camperplaats met het predikaat “Topplatz” (Celle, Stralsund, Sellin, Stade). Nu blijkt Midas een van de weinige Nederlandse camperplaatsen te zijn met dat predikaat. De camperplaats in Rijssen is dus van goede kwaliteit.
3. In Stade ontdekten we dat Rijssen, als bijstad van Deventer, deel heeft uitgemaakt van het Hanzeverbond. Daarom mag Rijssen zich een Hanzestad noemen.
4. Toen we vorige keer met de buzz “vlug even” Rijssen verkenden, stelde Loes dat ze daar wel eens iets meer tijd voor wilde nemen. Zij heeft immers een deel van haar jeugd in Rijssen doorgebracht.

De route is “een oude bekende”., omdat we die tijdens onze Noordkaapreis (2018) al eens hebben gereden. Voor de spoorzoekers: binnendoor, via Lamstedt en Bad Bederkesa, naar Bremerhaven, door de Wesertunnel, binnendoor naar Westerstede, via de A28 en de A31 naar Nordhorn (goedkoop tanken), via de A1 naar Rijssen.

De camperplaats is ingericht op het terrein van een voormalig rijopleiding, compleet met slipbanen. Op het asfalt zijn stukken kunstgras bevestigd. Vlak na onze aankomst kwam de eigenaar met een gemotoriseerde stofzuiger het kunstgras schoonmaken.

Morgen gaan we op de fiets en op ons gemak Rijssen en omgeving bekijken.

top

IN EN OM RIJSSEN
dag 27       za 19 september 2020
Rijssen 

het huisje aan het Rijssenseveld

Thuis hebben we de gewoonte om op zaterdag voor de lunch haring te halen bij de visboer. Het doel van de ochtend was dan ook: haring halen in Rijssen en daarbij een aantal (voor Loes) bekende plekken te bezoeken. Op zaterdag is er in Rijssen een kleine markt met kaas, brood, taart, fruit, vis en andere lekkere dingen. Het haringdoel is dus bereikt. Het bekende-plekken-doel is maar gedeeltelijk bereikt, want het centrum van Rijssen is een bouwput. We rijden wél langs de kleuterschool (waar ook de scouting zat), de voormalige meisjesschool, en Kapsalon Brand aan de Rozengaarde en langs de Lentfersweg 65, waar Loes heeft gewoond.

Na de lunch klimmen we op de fiets en rijden we naar het Rijssenseveld. Daar heeft Loes een paar jaar midden in de bossen in een vakantiehuisje gewoond. Die woning staat er nog steeds, maar deze is drastisch aangepakt. Zo zijn de houten gevels vervangen door metselwerk. Het naastgelegen huisje van Tante Katrien is nog vrijwel helemaal in originele staat. We gaan ook nog op zoek naar het huis van “Tante Tierie”, een muzikale mevrouw wier pianospel vaak door de bossen klonk. Aan het begin van de toerit naar de villa stuiten we op een gepensioneerde huisarts die er momenteel woont. Hij bevestigt de muzikale kwaliteiten van “Madamme Thiry“.

Hierna fietsen we richting Markelo, door een prachtig bos- en heidegebied. We gaan er op zoek naar de Friezenberg, een overblijfsel van een ijstijd.

tussen Rijssen en Markelo
een schaapskuddetje
zou dit de Friezenberg zijn?

De fietsen staan inmiddels achter op de buzz. Morgen gaan we weer naar huis.

top

WEER VEILIG THUIS
dag 28       zo 20 september 2020
Rijssen – Tilburg      185 km 

We zijn aan het einde van de middag weer thuis aangekomen. In 28 dagen hebben we 3656 km afgelegd en hebben we op 16 campings of camperplaatsen gestaan.