NOORWEGEN 2017
In 2017 hebben we van 18 juni tot en met 6 augustus een rondreis gemaakt door Noorwegen: naar de Lofoten en weer terug. In 50 dagen hebben we 34 etappes gereden, waarbij we 8482 km hebben afgelegd.
NA DE DRUKTE VAN HAMBURG
dag 1 zo 18 juni 2017
Tilburg – Borgdorf-Seedorf 505 km
We vertrekken vanochtend om half tien. Via Hengelo, Osnabrück en Bremen rijden we naar Hamburg. Er is nauwelijks vrachtverkeer op de weg, dus het is een rustige rit. Geheel volgens de traditie eten we bij de eerste stop ‘Seelaks mit Kartoffelsalat’.
In Hamburg willen we overnachten op de gebruikelijke camping naast Ikea. Helaas, er wordt momenteel erg hard gewerkt aan de tunnels onder de Elbe (twee van de vier tunnelbuizen zijn gesloten) en aan de wegen rond Hamburg. De Ikea-camping is daardoor tijdelijk niet bereikbaar. Daarom rijden we maar een eindje door, ook, omdat we daarmee alle wegwerkzaamheden achter ons laten, zodat we daar morgen, als er weer vrachtverkeer op de weg is, geen last meer van hebben.
We overnachten op een aardige camping in Borgdorf-Seedorf, met uitzicht op een meertje. Morgen rijden we Denemarken binnen. Misschien rijden we Denemarken wel door.
DRIE BRUGGEN VERDER
dag 2 ma 19 juni 2017
Borgdorf-Seedorf – Lomma 509 km
We zitten nu in een behaaglijk briesje onder de luifel pal aan het strand net boven Malmö. Denemarken ligt dus achter ons.
Het staat bij voorbaat vast: als we naar Zweden gaan, dan is dat over de drie bruggen en niet met een veerboot. We hebben een abonnement genomen op de Øresundbrug. Dat kost ongeveer €42,00, maar de reductie bij de eerste overtocht met de buzz is al €45,00.
We vertrekken om ongeveer kwart voor negen uit Borgdorf-Seedorf. Bij Rendsburg gaan we met een hele hoge brug over het Oost-Noordzee-kanaal (eigenlijk is het dus ‘vier bruggen verder”). In Flensburg gaan we nog even van de snelweg af, om te tanken. De Duitse diesel is immers veel goedkoper dan de Scandinavische.
Meteen achter Flensburg rijden we Denemarken binnen. Via Kolding komen we bij de eerste brug (over de Lillebælt, de Kleine Belt). Dat is een relatief korte brug, helemaal gratis. Aan de overkant van het water ligt Fyn, een vrij vlak eiland waar bijna elke vierkante meter in gebruik is (er groeien, enigszins overdreven, zelfs aardappelen in de berm van de snelweg).
De tweede brug (Grote Belt) brengt ons op het eiland Sjælland. Helaas is het boven water behoorlijk heiig, dus de foto’s met heldere vergezichten zullen moeten wachten tot de terugreis.
Na enige tijd komen we in de buurt van Kopenhagen. Daar is het behoorlijk druk (vergelijkbaar met de ring om Amsterdam). Achter Kopenhagen duiken we de Øresundtunnel in (4 km tunnelbuis helemaal voor ons alleen). Vervolgens komt de Øresundbrug, de derde brug van de dag. Ook hier is het boven het water behoorlijk heiig, dus alweer geen kans op duidelijke foto’s.
We staan nu op de camping van Lomma, een klein stukje boven Malmö. Met enige moeite kunnen we de Øresundbrug en de Turning Torso zien.
IN NOORWEGEN
dag 3 di 20 juni 2017
Lomma – Greåker 472 km
Vandaag rijden we pakweg 400 km langs de Zweedse westkust. Al die tijd zitten we op de E6. Die weg zullen we in Noorwegen nog vaak tegenkomen. We zijn nu op camping Utne in Greåker.
Er valt eigenlijk niet zo veel te melden over de reis van vandaag. Het is vrij rustig op de weg, ook als we dwars door Gotenburg rijden, en aan de grens wordt slechts oppervlakkig gecontroleerd (we zijn nu buiten de EU, dus we hebben nog last van de oude – hogere – roamingtarieven).
Één verbazing: er rijden veel minder Volvo’s in Zweden dan in Nederland.
Morgen beginnen we, zo zegt het reisplan, aan het “rondje Noorwegen”.
TOEN KWAMEN DE TUNNELS
dag 4 wo 21 juni 2017
Greåker – Åmot 308 km
Vandaag rijden we zo’n 300 km, waarvan ruim 20 km in tunnels. De langste is de Oslofjordtunnel (7306 m), met een inwendig hoogteverschil van pakweg 200 m (7% hellingen in de tunnel).
Na de Oslofjordtunnel gaat het via Drammen, Kongsberg en Notodden naar Heddal. Daar staat de grootste (en een van de best bewaarde) stavkirk (staafkerk) van Noorwegen. Zo’n kerk wordt staafkerk genoemd, omdat hij is gebouwd rond een geraamte van rechtopstaande boomstammen.
Naast de kerk is er nog een openluchtmuseum met een aantal typische gebouwtjes uit Telemarken.
We rijden verder, langs een mooi meer, naar Rjukan. Daar staat de zwaarwaterfabriek die in februari 1943 door Noorse commando’s is opgeblazen, om te voorkomen dat de Duitsers een voorsprong kregen bij de productie van een atoombom.
Rjukan is echter vooral interessant, omdat daar de zuidelijke weg over de Hardangervidda begint. Dat is een hoogvlakte (de grootste van Europa) met een heel speciale natuur: hobbelig terrein, haast geen bomen, overal struikjes, veel meertjes, een paar bergtoppen.
We zijn nu op een prettige camping in Åmot (Groven Camping & Hyttegrend). Daar houden we morgen een rustdag.
RUSTDAG ÅMOT
dag 5 do 22 juni 2017
rustdag Åmot 0 km
We luieren er vandaag lekker op los, wandelen naar het dorpje voor wat inkopen, en zien het weer slechter worden.
HET HOOFD IN DE WOLKEN
dag 6 vr 23 juni 2017
Åmot – Voss 236 km
We worden wakker van de regen.
We vertrekken vanuit Åmot in westelijke richting. Op de Haukelifjell-hoogvlakte kan het, met al die besneeuwde toppen, heel erg mooi zijn, maar vandaag zien we vooral laaghangende bewolking.
We rijden via Røldal verder in de richting van Odda. Onderweg stoppen we bij de Låtefossen. Er komt een hoop water van deze dubbele waterval naar beneden.
Voorbij Odda volgen we de oever van het Hardangerfjord (met een prima picknickplekje aan het water, althans, bij mooi weer).
Weer iets verder komen we bij de nieuwe Hardangerbrug. De wanden van het fjord zijn zo hoog, dat je met een tunnel moet afdalen om bij de brug te komen. In de tunnel is nog een rotonde, want er is een zijstraat. Aan de overkant van de brug duiken we weer een tunnel in (ook hier is weer een rotonde), om na 7 km weer bovengronds te komen.
Nu, weer 35 km aan tunnels rijker geworden, staan we op een camping ten noorden van Voss, pal naast een van de bekendste watervallen van Noorwegen, de Tvindefossen. Hier waren we in 1986 ook, in ons iglootje, en dat was voor de Japanse toeristen net zo interessant als de watervallen. We zijn er later tijdens die reis nog eens teruggeweest om onze kleddernatte tenten te drogen in een blokhut (die staat er nog steeds).
Morgen willen we de stad Bergen bezoeken. Waarschijnlijk hebben we daar op de camperplaats geen wifi, maar dat zien we dán wel weer.
ZONNIG BERGEN!!
dag 7 za 24 juni 2017
Voss – Bergen 109 km
Het is, op een enkele stortbui na, vandaag vrij zonnig in Bergen. Dat komt maar zelden voor, jullie hebben geluk, zo verzekert ons een Noorse jongedame in de tram.
De camperplaats van Bergen (Bergenshallen) heeft een speciaal recept. Tussen 10:00 en 11:00 loopt de plaats leeg en weer meteen vol. Wij hebben geluk. Als wij om 10:45 aankomen, komen er net twee plaatsen vrij.
Tegenover de camperplaats is een tramhalte. Met de tram ben je in een kwartiertje in het centrum van Bergen. Daar kuieren we we tot ongeveer 16:00 wat rond. Er is maar een klein historisch gedeelte aan de haven (Bryggen) overgebleven na verschillende branden. De rest van de stad is niet zo bijzonder indrukwekkend (drukke winkelstraten). De kerken zijn gesloten (geen idee waarom).
ALWEER OP GROTE HOOGTE
dag 8 zo 25 juni 2017
Bergen – Hovet 259 km
Het heeft vannacht behoorlijk stevig geregend. Ook vanochtend zijn er geregeld flinke buien. In de loop van de middag wordt het stilaan droog, al is het nog steeds zwaar bewolkt. Voor de komende dagen wordt droog en vrij zonnig weer voorspeld.
We rijden vandaag een eind landinwaarts. Vanuit Bergen gaan we langs het Hardangerfjord, via Norheimsund, weer naar de Hardangerbrug. Het is een vrij smalle weg, met van die uitwijkhavens om tegemoetkomend verkeer te laten passeren. Fijn om te merken, dat de gemiddelde weggebruiker voldoende beleefd is om het passeerspel goed te kunnen spelen.
Vanaf de Hardangerbrug rijden we verder oostwaarts langs het fjord, tot aan de plaatsjes Eidfjord en Øvre Eidfjord, waar je a.h.w. tegen de Hardangervidda opbotst. Over een vrij korte afstand moet een kleine kilometer worden geklommen. Dat gaat o.a. met een spiraaltunnel, een soort kurkentrekker die is uitgehouwen in de rots.
Eenmaal boven bevinden we ons in een erg indrukwekkend landschap, nog leger dan tijdens de rit over de zuidrand van de Hardangervidda (afgelopen woensdag).
Een merkwaardig beeld: midden op de hoogvlakte, bij Haugastøl, zien wij een lange rode trein staan. Blijkbaar is daar, in het enkelsporige traject, een stukje dubbelspoor, en staat de trein daar te wachten op een tegenligger.
Via Geilo en Hagafoss gaan wij richting Aurland, en al kort na Hagafoss, bij Hovet, zoeken we Birkelund Camping op. Bij aankomst breekt voorzichtig de zon door.
Morgen rijden we naar Flåm. Daar houden we weer een rustdag.
De watervalteller staat inmiddels op 11. De tunnelteller staat op 115 km.
DOOR SMALLE TUNNELS
dag 9 ma 26 juni 2017
Hovet – Flåm 95 km
Het is maar een vrij kort stuk, van Hovet naar Flåm. Ongeveer 95 km. Toen we gisteren vrij vroeg in Hovet aankwamen, hebben we een moment overwogen om nog maar “even” door te rijden naar Flåm. Vandaag blijkt, dat het een verstandig besluit was, om in Hovet te stoppen.
Het zijn 95 prachtige kilometers, maar ze zijn ook enerverend. Ruim 20% van het traject bestaat uit tunnels. De meeste zijn niet verlicht, en allemaal zijn ze “aan de smalle kant”. Sommige tunnels hebben vrij scherpe bochten. En er zijn verschillende dikke tegenliggers. Vrijwel iedereen deed het echter kalmpjes aan, dus we hebben geen problemen gehad.
Onderweg komen we nog een stukje Hardangervidda tegen, een tunnel die hoog boven het fjord eindigt met een fraai panorama, en, eenmaal beneden, een “fjord volgens het boekje” met een aantal cruise-schepen. Én, naast een paar verdwaalde regendruppeltjes, ook de nodige zonneschijn.
We vinden een plaatsje op de camping van Flåm.
In de loop van de middag horen wij een luide en zware scheepstoeter. We gaan maar eens op dat geluid af. In de haven zien we de Zuiderdam uitvaren. Wat een grote boot is dat.
DE KONING EN DE QUEEN
dag 10 di 27 juni 2017
rustdag Flåm 0 km
Het barst hier van de toeristen. De Amerikanen komen met een cruiseschip. Vandaag zijn dat de Koningsdam – wat een reus – en de Queen Elisabeth – dat is eigelijk maar een kleintje. De Koreanen en Chinezen komen met een van de bussen. Ze komen allemaal voor een ritje met de Flåmsbanen. Dat is een pendeltrein naar het veel hoger gelegen Myrdal, een station aan de spoorlijn Bergen-Oslo. De Flåmsbanen is bekend als de sterkst stijgende spoorlijn zonder tandrad.
Morgen gaan we weer verder. En het begint goed. Al na 8 km duiken we de Lærdaltunnel in. Die is met een lengte van 24 km de kampioen van Europa.
BLAUWE KOEPELS
dag 11 wo 28 juni 2017
Flåm – Randsverk 265 km
De Lærdaltunnel is – om precies te zijn – 24,5 km lang. Om al te ernstige tunnelvisie te voorkomen, kent de tunnel elke 6 km een grote koepel die blauw wordt verlicht. Heel bijzonder! Na ongeveer 20 minuten tunnelen, rijden we weer buiten.
We volgen de E16 tot aan Fagernes. Het landschap is uitgesproken Oostenrijks, zij het, dat de Noorse huizen veel meer ingetogen zijn, meestal rood geverfd, en nergens een geranium te bekennen.
Bij Fagernes slaan we af naar de ’51’, ook wel de Valdresflye genoemd. Het is een van de 18 Nationale Toeristenwegen. Deze weg gaat dwars over de Jotunheimen. Alweer zo’n prachtig berggebied.
We stoppen op de camping van Randsverk. Morgen zoeken we de E6 op. Dat is de ruggengraat van Noorwegen (van Oslo naar de Noordkaap). Die weg gebruiken we om een sprong noordwaarts te maken.
EEN FLINKE STAP NOORDWAARTS
dag 12 do 29 juni 2017
Randsverk – Levanger 352 km
We rijden op de ’51’ in noordelijke richting verder, tot aan de ’15’. Daar gaan wij richting Otta. Een stukje voorbij Vågåmo nemen we een binnendoortje ( de ‘438’) richting Sel. Daar zoeken we we de E6 richting Trondheim op.
Boven Dombas klimmen we tegen de Dovrefjell op (nou ja, dat doet de buzz voor ons). De Dovreflell is een kale moerassige hoogvlakte (800 tot 1000 m hoog) met toppen van 2000 m. Het wordt eentonig: wat een prachtige natuur. De Dovreflell is niet alleen een natuurlijke grens tussen Zuid- en Noord-Noorwegen (waterscheiding), het is ook een sociaal-culturele grens (zij van de andere kant).
Ten noorden van Oppdal wordt het landschap geleidelijk minder geaccidenteerd. Waarschijnlijk daarom wonen er relatief veel mensen in de streek rond Trondheim. Het is dan ook behoorlijk druk op de wegen in dat gebied.
Wij rijden door naar Levanger. Het landschap is hier betrekkelijk mild (dus allesbehalve wild) van karakter. Op de camping zien we een ander publiek dan we gewend zijn: wij zijn de enige Nederlanders zijn op de camping (op de vorige campings was dat wel anders), er zijn maar heel weinig Duitsers (ook dat is nieuw voor ons), het wemelt hier van de Noorse kampeerders.
Waarschijnlijk houden we hier morgen weer een rustdag.
TOCH MAAR VERDER
dag 13 vr 30 juni 2017
Levanger – Torghatten 307 km
We gaan toch maar verder:
A. De camping blijkt een bouwplaats met graafmachines en vrachtwagens.
B. Er is een grote groep jongeren aangekomen op de camping. Daardoor wordt de druk op de sanitaire voorzieningen veel te groot (15 minuten in de rij om naar het toilet te kunnen gaan).
C (de belangrijkste reden) Er komen nog twee mooie dagen. Daarna wordt het even iets minder. We rijden liever met mooi weer over de kustroute, dan met minder fraai weer.
We rijden, op advies van Ria, eerst langs het station van Levanger. Ze heeft gelijk, het is een mooi gebouw.
We rijden vervolgens via de E6 verder naar het noorden, tot Gartland, net voor Harran. Daar draaien we de ‘775’ op. Die weg brengt ons bij de ’17’. Deze ’17’ bepaalt de komende dagen onze route langs de kust. Na een tijdje noordwaarts rijden, komen we bij onze eerste veerboot, die naar Vennesund. Vanuit Vennesund rijden we verder naar Brønnøysund, waar we naar het zuiden afslaan, via de ’54’.
Aan het eind van die weg is de Torghatten, een rots met een merkwaardig gat erin (het lijkt op een tunnel). De wandeling naar dat gat doen we maar niet (te oneffen voor een vierkante enkel), maar de camping is prima. We zien er onze eerste Hurtigruten van deze reis.
BOOT OP, BOOT AF
dag 14 za 1 juli 2017
Torghatten – Hilstad 210 km
Vandaag leggen we een flink stuk van de kustroute af, zo’n 200 km.
Vanaf Torghatten rijden we, via Brønnøysund, naar Horn. Daar is de eerste ferry, naar Andalsvågen in 15 minuten.
Een kleine 20 km verder op de ’17’ is al weer de tweede veerboot: Forvik-Tjøtta. Blijkbaar hapert er iets met de dienstregeling, want ‘onze’ ferry zit een binnenkomende ferry in de weg. Het is een overtocht van bijna een uur.
Net voorbij Sandnessjøen gaan we over een bijzondere brug: heel hoog maar ook heel smal. Weer een stuk verder op de ’17’, bij Levang, is de derde oversteek van de dag: Levang-Nesna in ongeveer 30 minuten. Vanaf Nesna is het nog zo’n 90 km naar de camping in Hilstad, vlak bij de volgende ferryhaven Kilboghamn. De camping heet Polar Camp, dus de poolcirkel is niet meer zo ver.
Je kunt merken, dat het weer gaat veranderen. Het is inmiddels bewolkt, vooral op zee.
Morgen hebben we nog een rit op de ’17’, daarna maken we even pas op de plaats.
OVER DE POOLCIRKEL
dag 15 zo 2 juli 2017
Hilstad – Saltstraumen 173 km
We vertrekken vroeg, want we moeten twee veerboten hebben en nog een flinke afstand afleggen. Dus staan we om kwart over negen als derde in de rij voor een ferry die pas om half elf zou vertrekken (het is zondag, maar daar is de gemiddelde reiziger zich vaak onvoldoende van bewust).
De ferry van Kilboghamn naar Jektvik is een klein uur onderweg. Halverwege wordt de poolcirkel gepasseerd (op die plek staat een wereldbolletje aan de wal).
Het kenmerkende van het Noorse ferrysysteem is FILO. Kom je als een van de eerste voertuigen aan boord, dan krijg je een plaatsje in een van de voorste hoeken. Daardoor kun je pas van de boot als alle andere voertuigen weg zijn gereden. Daardoor komen we als laatste bij de volgende veerboot (Ågskardet-Foroy, een stukkie van vijf minuten). Wij kunnen nét niet meer mee, en moeten dus wachten op de volgende oversteek. En alweer: als eerste aan boord en als laatste van boord.
We gaan, in steeds slechter wordend weer, nog zo’n 140 km verder over de ’17’. Helaas zien we onderweg helemaal niets van de Svartisengletsjer, zo hard regent het inmiddels.
We rijden door tot aan de camping in Saltstraumen, ongeveer 30 km ten zuiden van Bodø. Tijd voor een rustdagje.
ONSTUIMIG STROMEND WATER
dag 16 ma 3 juli 2017
rustdag Saltstraumen 0 km
Het is heerlijk uitwaaien op de brug over de Saltstraumen. Die Saltstraumen vormt de smalle verbinding (150 meter of zoiets) tussen een vrij groot fjord en de open zee. De waterstand in het fjord wil de waterstand op zee volgen, maar dat kan alleen, als het water met hele hoge snelheid door de Saltstraumen wordt geperst. Op dit moment is het eb op zee, dus er moet een bult water (miljoenen liters per minuut) door de smalle opening naar buiten. Steeds weer zie je draaikolkjes ontstaan. Met springtij nemen die kolkjes grote afmetingen aan, maar vandaag blijft het bij onstuimig stromend water.
Morgen gaan we met de ferry van Bodø naar Moskenes (op de Lofoten, een overtocht van ongeveer 4 uur), tenminste, als de wachttijden acceptabel zijn.
DE GROTE OVERSTREEK
dag 17 di 4 juli 2017
Saltstraumen – Moskenes 44 km
We rijden vandaag maar 44 km, en we varen een flink stuk. We staan om 09:00 uur in de wachtrij voor de boot van 11:00uur. Dat lijkt op tijd, maar we zijn bijna de laatsten die aan boord gaat. Na ons mogen nog 5 auto’s naar binnen. (Voor de volgende boot moet je 4 uur wachten.)
De overtocht is een beetje hobbelig, er staat wel enige deining. Er zijn relatief veel bussen aan boord. Die vragen maar weinig ruimte op het autodek, maar de passagiers nemen naar verhouding erg veel stoelen in de “lounge” in beslag. Voor een aantal reizigers zit er niets anders op dan te blijven staan.
Indrukwekkend is de nadering van de Lofoten. Tijdens het laatste uur zie je steeds duidelijker de “muur van de Lofoten”. De ketens van de bergrug vullen uiteindelijk bijna het hele blikveld.
Na het ontschepen in Moskenes (om 14:15) rijden we de camping voorbij. We gaan eerst naar het zuidelijkste punt van de Lofoten. Het plaatsje Å ziet er mooi uit.
Aan het einde van de middag gaan we (terug) naar de camping in Moskenes.
Morgen beginnen we op ons gemak aan de Lofoten.
VRIJSTAAND DE NACHT IN
dag 18 wo 5 juli 2017
Moskenes – Eggum 99 km
De afgelegde weg van vandaag is zo’n 100 km. Dat is, in vergelijking met de vorige dagafstanden, maar een klein stuk. Maar, als je regelmatig stopt voor een mooi uitzicht, of om een eindje te wandelen, is het een volle dag.
We draaien vanochtend de E10 op, richting Svolvær. We bezoeken Reine. Dat plaatsje is vaak het decor voor kerstkaarten, maar ook ‘s-zomers is het erg fraai gelegen.
Daarna gaan we de ‘807’ op, om Nusfjord te bezoeken. Dat is een oud vissersdorpje dat op de Noorse monumentenlijst staat.
Achter Leknes, bij Bøstad, gaan we weer van de E10 af, om naar Eggum te rijden. Iets voorbij dit dorpje staan we op een camperplaats aan zee. We willen hier vannacht de middernachtzon meemaken.
IN DE STROMENDE REGEN
dag 19 do 6 juli 2017
Eggum – Kabelvåg 110 km
Gisterenavond: we hebben de weergoden niet mee; er is zó veel bewolking, dat er van de middernachtzon niets is te zien; wél kunnen we constateren, dat het om middernacht nog behoorlijk licht is.
In de loop van de nacht begint het behoorlijk te waaien. Halverwege de ochtend komen daar stevige buien bij. We komen vandaag tijdens de rit de bus niet uit. Er zijn dan ook geen nieuwe foto’s.
Vanochtend rijden we op de E10 weer terug naar Leknes. We willen nog een bezoekje brengen aan Ballstad, een vissersdorpje ten zuiden van Leknes. Gisteren hebben we dat plaatsje overgeslagen, omdat we op tijd in Eggum wilden zijn (want dat is een gewilde camperplaats die snel bezet is). Ballstad is een gezellig, bedrijvig plaatsje, maar er waren geen oude gebouwen meer te vinden. Wél is er een prima 3G-bereik, zodat we de foto’s van gisteren alsnog hebben kunnen uploaden.
Terug naar Leknes, waar we de ‘815’ nemen, een fraaie kustweg, die uiteindelijk weer uitkomt op de E10. Een klein stukje verder stoppen we, in de stromende regen, op de camping van Kabelvåg. Hier houden we weer pauze.
RUSTDAG KABELVÅG
dag 20 vr 7 juli 2017
rustdag Kabelvåg 0 km
Een rustdag, dus werk aan de winkel. Schudemmeren en stof vegen.
NAAR DE KERK
dag 21 za 8 juli 2017
Kabelvåg 0 km
We gaan op de fiets naar Kabelvåg. We bezoeken o.a de Lofotenkathedraal. Heel apart.
Tegen het einde van de vorige eeuw was Kabelvåg veruit de belangrijkste vissershaven van de Lofoten (nu is dat het naastliggende Svolvær). Tijdens het seizoen verbleven er destijds wel 4000 vissers. Er was dus behoefte aan een flinke kerk. Volgens Noors gebruik is deze helemaal van hout gebouwd. Van binnen is de kerk gereformeerd sober, maar dat past prima bij zo’n houten kerk.
Morgen gaan we weer verder. Waarheen? Dat weten we nog niet zeker.
AFSCHEID VAN DE LOFOTEN
dag 22 zo 9 juli 2017
Kabelvåg – Straumen 257 km
Gisteren moesten we nog een knoop doorhakken. Die knoop lag er, omdat de middernachtzon-uitstap naar Eggum mislukt was wegens het dikke wolkendek. Het was een optie om nog een keer terug te gaan. De weersvoorspellingen voor Eggum leken gunstig. Een andere optie was, om toch “snel” even naar de Noordkaap te rijden. Daar zou het nog 2 dagen helder weer zijn, ideaal dus voor de middernachtzon, en 915 km in 2 dagen via de E6 is niet onmogelijk. Het weerbericht van vanochtend is echter duidelijk: beide opties zijn zinloos. Daarom zetten we de reis maar volgens het oorspronkelijke plan voort.
We volgen de E10 richting Narvik, maar slaan na ongeveer 100 km af naar de veerhaven van Lødingen (aan de ’85’). Daar nemen we de ferry naar Bognes (een uurtje varen). Vanaf de ferry werpen we nog een laatste blik op de karakteristieke toppen (scherpe tanden) van de Lofoten.
Vanaf Bognes rijden we op de E6 in zuidelijke richting. Het landschap is ouder dan de Lofoten: de scherpe punten zijn afgesleten tot ronde toppen. Na ongeveer 150 km stoppen we bij de camping van het plaatsje Straumen. Het weer is inmiddels aan het verslechteren.
WEER ONDER DE POOLCIRKEL
dag 23 ma 10 juli 2017
Straumen – Mo i Rana 191 km
Wat een lawaaiig nachtje: het is altijd wel rumoerige, zo pal aan een stroomversnelling, en het water weet van geen ophouden; midden in de nacht begint het ook nog eens flink te regenen, en regendruppels op een metalen dak zijn goed hoorbaar. De regen blijft tot de lunch doorgaan. Alleen bij het passeren van de Poolcirkel is het eventjes droog.
Het hoogtepunt van de dag is de reis over de Saltfjellet, ook al is het weer behoorlijk triest. Alweer zo’n lege hoogvlakte met hier en daar besneeuwde toppen.
Bij de Poolcirkel is het trouwens een flinke toeristische kermis. Vrij veel mensen zijn bereid om een tientje (in euro’s) neer te tellen voor een Poolreizigerscertificaat. Wij beperken het maar tot een fotootje van de kermis.
We stoppen iets eerder dan gepland: niet in Mosjøen, maar in Mo I Rana. We zouden hier morgen een rustdag kunnen houden, maar, omdat we vrij vroeg zijn gestopt (om ongeveer 14:00 uur; we hebben dus al een ‘rustmiddag’), en omdat er in de omgeving nogal wat staalindustrie is (onzichtbaar, maar goed hoorbaar), is de kans groot dat we morgen weer rustig verderrijden.
BEETJE NAT, BEETJE EENTONIG
dag 24 di 11 juli 2017
Mo i Rana – Grong 283 km
We gaan maar weer verder. Niet alleen vanwege het industrielawaai, maar ook vanwege het gebrek aan gezelligheid. Om 9 uur staan we bijna helemaal alleen op de vrij grote camping. Dat nodigt niet uit, om er een dagje te blijven staan.
We rijden vandaag over de E6. De ruitenwissers doen vaak dienst. De weg is vrij eentonig, en doet ons denken aan het Schwarzwald op een regenachtige dag: beetje omhoog en omlaag, beetje slingeren, links bomen, rechts bomen. Het zal wel door het matige weer komen, dat we niet zo onder de indruk raken. En we zijn natuurlijk wel een beetje verwend geweest, op de “17” en op de Lofoten.
Er zijn ook enige lichtpuntjes. Mosjøen heeft een kern die aan branden is ontsnapt (dat is zeldzaam in Noorwegen). De houten stadshuizen staan er nog. De Laksfossen is een stroomversnelling/waterval die ongeëvenaard is als het gaat om de afgevoerde hoeveelheid water per seconde.
We staan nu op een camping in Grong. Morgen zien we wel weer verder.
RUSTDAG GRONG
dag 25 wo 12 juli 2017
rustdag Grong 0 km
Over gisterenavond: we zijn dan wel ten zuiden van de Poolcirkel, het is dus niet mee de hele dag licht, maar de manier waarop de zon, zo rond middernacht, de onderkant van de wolken verlicht, is heel erg mooi.
Over vandaag: het weer is zó belabberd, dat we maar een dagje blijven staan in Grong; ze hebben hier prima internet, dus we gaan maar een dagje ‘Netflixen’.
HET NOORDELIJKE RONDJE IS ROND
dag 26 do 13 juli 2017
Grong – Malvik 227 km
Het is vandaag de 26e dag. We beginnen vandaag dus aan de tweede helft van de reis. Het noordelijke ‘rondje’, de ’17’ en de Lofoten, is achter de rug.
Vandaag rijden we, vanuit Grong, naar het westen, over de ‘760’. In Skogmo pikken we de ’17’ weer op, maar nu in zuidelijke richting. Via Namsos rijden we richting Steinkjer. Bij Asp komen we weer op de E6, die ons bij de camping in Malvik brengt, een klein stukje oostelijk van Trondheim.
De gevolgde route is aardig, maar niet spectaculair. We stoppen dan ook niet om foto’s te maken.
Voor morgen is een opklaring voorspeld. Dat komt mooi uit, want we willen Trondheim bezoeken.
DAGJE TRONDHEIM
dag 27 vr 14 juli 2017
rustdag Malvik 0 km
We gaan vandaag naar Trondheim, met de bus (we bedoelen hiermee voor de verandering het openbaar vervoer). We hadden aanvankelijk het plan om de bus (de camperbus) mee te nemen naar een camperplaats in Trondheim, om vandaaruit met de fiets Trondheim te verkennen. N.a.v. negatieve verhalen over die camperplaats, laten we dat plan maar varen. We hebben nog overwogen om de 20 km naar Trondheim te fietsen, maar op die verbinding ontbreekt het op verschillende stukken aan fatsoenlijke fietspaden. Daarom gaan we maar met het openbaar vervoer.
Het moet gezegd, Trondheim is een gezellige stad. Na verschillende branden is er niet meer zo heel erg veel over van de oorspronkelijke houten bebouwing. Da’s jammer, want die paar stukken die er nog wél zijn, zijn heel erg gezellig.
Hoogtepunt is ongetwijfeld de Nidaroskathedraal. Deze wordt gezien als het mooiste voorbeeld van de gotische bouwkunst in Noord-Europa. We mogen binnen helaas geen foto’s maken.
Een ander hoogtepunt wordt gevormd door de Brygenne, oude pakhuizen aan de rivier de Nidelva.
RENDIEREN EN MIJNWERKERS
dag 28 za 15 juli 2017
Malvik – Os 205 km
Het dubben van gisteren: gaan we direct richting Bud (aan de kust) of maken we een extra slinger over Røros (een oud stadje dat op de Unesco-lijst staat)? We kiezen voor de omweg, en daar hebben we helemaal geen spijt van.
Vanuit Malvik rijden we terug richting vliegveld. Daar nemen we de ‘705’, richting Selbu. Achter Selbu komen we op ‘weer een hoogvlakte’, maar wat deze zo bijzonder maakt: we komen er een kudde rendieren tegen. Twee rendieren, moeder en kind, zijn iets nieuwsgieriger dan de rest, en komen ons eens bekijken.
Het doel van de dag is Røros. Een oud mijnwerkersstadje (kopermijn) dat, voor de verandering, nog nooit in brand heeft gestaan. Dan word je in Noorwegen vanzelf een beschermd stadsgezicht (of hoe ze dat hier dan ook noemen), en kom je vervolgens op de lijst van Unesco-werelderfgoederen te staan. Alleszins de moeite van de omweg waard.
We rijden verder langs de Glomma richting Tynset, en stoppen onderweg bij de camping van Os.
Morgen gaan we verder met het geslinger door zuidelijk Noorwegen.
HALVERWEGE BUD
dag 29 zo 16 juli 2017
Os – Sunndalsøra 207 km
Ons volgende reisdoel is Bud, in de buurt van Molde. Van daaruit willen we de Atlantershavnveien “doen”. Volgens het weerbericht kunnen we daar pas op woensdag met een gerust hart terecht (tot dan waait het te hard, kunnen de golven over de weg slaan). We hebben dus drie dagen, om in Bud te komen. Daarom stoppen we ongeveer halverwege.
We rijden, zoals Ria al veronderstelde, over de ’30’ en de ‘3’ naar de E6 bij Ulsberg (het station aldaar is niet meer te bereiken). Op de E6 gaan we naar het zuiden, tot aan Oppdal. Daar kiezen we de ’70’, een schitterende weg (doet Zwitsers aan), alleen jammer van al die regen. We stoppen in Sunndalsøra, want op die camping zou prima internet zijn. Mooi niet dus. De plaats op de camping is echter heel mooi.
EEN OMWEG NAAR BUD
dag 30 ma 17 juli 2017
Sunndalsøra – Bud 160 km
We rijden vandaag via allerlei fjorden en fjordjes naar Bud. We kiezen niet voor de directe route, de ’62’, maar voor de omweg: de ’70’ helemaal afrijden, en daar de E39 richting Ålesund. We kiezen o.a. voor deze omweg, omdat we dan onderweg over een paar fraaie bruggen gaan. Vooral de Gjemnessundbrug is heel mooi.
We zijn nu op de camping van Bud. Ze hebben hier prima internet (so far).
Volgens het weerbericht gaan we woensdag naar de Atlanterhavsveien. Morgen is dus een rustdag.
EVEN PAUZEREN IN BUD
dag 31 di 18 juli 2017
rustdag Bud 0 km
We hebben vandaag een rustdag.
Morgen bekijken we de Atlanterhavsveien. Deze kustweg staat op de lijst met Nationale Toeristenwegen (www.nasjonaleturistveger.no). De route begint officieel in Bud en eindigt bij de kruising met de ‘247’. Dat stuk rijden we heen en terug.
DUBBELE BOOGBRUG
dag 32 wo 19 juli 2017
uitstapje vanuit Bud 74 km
Vandaag is het mooi weer. Eigenlijk, zo realiseren we ons achteraf, iets te mooi om de Atlanterhavsveien te bezoeken: de zee is te rustig en er zijn wel heel erg veel bezoekers. Bij nader inzien hadden we gisteren moeten gaan. Toen stond er nog een hele stevige wind. Maar ook voor vandaag geldt: het blijft een speciale belevenis.
Morgen gaan we naar Ålesund.
JUGENDSTIL EN HURTIGRUTEN
dag 33 do 20 juli 2017
Bud – Ålesund 119 km
We hadden begrepen, dat je behoorlijk vroeg moet aankomen, wil je op de camperplaats van Ålesund een plaatsje op de eerste rang (aan de waterkant) hebben. Dus zijn we om 11 uur ter plaatse (van Bud naar Molde, oversteken naar Vestnes, E39 en E136 naar Ålesund). We zijn nog net op tijd voor een plaatsje op de tweede rang. Maar dat plaatsje is zeker de moeite waard.
Dat geldt ook voor Ålesund. In 1904 is de plaats vrijwel helemaal afgebrand. Al snel is de stad opnieuw opgebouwd, maar nu in Jugendstil. Daarvan is nog vrij veel bewaard gebleven.
We rijden op de fiets naar de top van de Askla, het lokale hoogste punt. Van daaruit heb je een schitterend uitzicht over de stad. Daarna fietsen we door het centrum, om in detail nog eens te bekijken wat we van boven al hebben gezien. Vooral het gebied rond de Ålesundet is fraai.
Aan het begin van de avond komt de Hurtigruten nog even, met veel getoeter, vlak voor de camperplaats langs, om zo’ 200 m verderop aan te meren. Leuk om te zien.
DE GEKTE VAN GEIRANGER
dag 34 vr 21 juli 2017
Ålesund – Stryn 250 km
We hebben goede herinneringen aan Geiranger, en hadden niet kunnen bedenken dat er sinds 1986 zóveel is veranderd. Het kost een uur om Geiranger binnen te komen. Bij elke haarspeldbocht staat er wel een touringcar vast. Alle campings in Geiranger zijn bomvol. Het kost een half uur om bij de laatste camping weer weg te komen. Daarna is het ook niet eenvoudig om Geiranger te verlaten: alweer haarspeldbochten met vastzittende touringcars. Van ons plan om een paar dagen in Geiranger te blijven, is dus niets terechtgekomen.
En de dag begint nog wel zo mooi. Om 8 uur worden we in Ålesund wakkergetoeterd door een nieuwe Hurtigruten en krijgen we een vers brood aangeboden door de plaatselijke bakker. Na het ontbijt vertrekken we in een opgewekte stemming. We rijden de E136 terug tot aan Sjøholt, en daar nemen we de ‘650’ richting Valldal. Vandaar gaan we via de ’63’ omhoog naar de Trollstigen. We stoppen bij de top, want de weg van de top richting Andalsnes is plaatselijk erg smal, en ook daar is er een flinke kans dat je touringcars tegenkomt.
We gaan dus weer terug naar Valldal, nemen de ferry van Linge naar Eidsdal, en rijden de Adelaarsweg naar Geiranger (de ’63’). Afgezien van de reeds genoemde touringcars, de afdaling naar Geiranger is prachtig, en Geiranger zelf is een grote ramp. We nemen tijdens de tocht vanuit Geiranger omhoog maar wat foto’s.
Aan het einde van de ’63’ gaan we rechtsaf, de ’15’ naar Stryn op. Daar staan we nu op een camping die, qua ligging, zeker niet verkeerd is. Morgen zien we wel weer verder.
RUSTDAG STRYN
dag 35 za 22 juli 2017
rustdag Stryn 0 km
We blijven een dag in Stryn, oftewel: vi er fortsatt i Stryn.
Waarschijnlijk blijven we morgen nóg een dagje hier.
NOG EEN DAG IN STRYN
dag 36 zo 23 juli 2017
rustdag Stryn 0 km
Het oude liedje: luieren, schudemmeren.
Morgen gaan we verder.
DAN MAAR OMGEDRAAID
dag 37 ma 24 juli 2017
Stryn – Bismo 182 km
Het plan was, om vandaag via de Briksdalsbre naar Byrkjelo rijden. We rijden dus naar Stryn, daar nemen we de “60” richting Byrkjelo, in Olden gaan we linksaf via de “724” naar de Briksdalsgletsjer. Toen wij hier in 1986 waren, kwam de gletsjertong nog tot onder in het dal. Nu eindigt de gletsjer hoog boven het dal. Een overtuigend bewijs van de opwarming. We hebben de klauterpartij naar de gletsjer maar aan de jongere honden overgelaten.
Terug in Olden blijkt, dat de “60” richting Byrkjelo gestremd is (een weggespoelde brug). Er zit dus niets anders op, dan terug te rijden naar Stryn. Aldaar besluiten we om de geplande route dan maar in omgekeerde richting te rijden. Dan kunnen we ook de Gamle Strynefjellsvej rijden (volgens Duitse buren op de camping is dat een prachtige weg, goed te rijden; wij hebben die weg links laten liggen, omdat ie te smal zou zijn, en niet verhard).
Zo gezegd, zo gedaan. Vanuit Stryn rijden we richting Otta, en na de haarspeldbochten voor de Ospelitunnel slaan we rechtsaf, de “258” op. De Gamle (oude) Strynefjellsvej is van 1894, en is waarschijnlijk nog steeds hetzelfde. Aanvankelijk is de weg nog verhard, maar eenmaal op de hoog”vlakte” (de fjell), is het asfalt verdwenen en gaat het verder op aangereden gruis, met massa’s gaten en kuilen. Het is er prachtig. Er ligt nog ijs op een van de meren. Je krijgt er een “dit is het einde van de wereld”-gevoel.
Aan het einde van de “258” gaan we weer verder op de “15”. We zijn nu op een camping bij de Dønfoss-watervallen, in de buurt van Bismo. Morgen gaan we via de Sognefjell naar Gaupne.
NA 31 JAAR WEER IN GAUPNE
dag 38 di 25 juli 2017
Bismo – Gaupne 135 km
De herinnering is nog scherp. 31 Jaar geleden waren we al eens in Gaupne. We wilden met een gids de Nigardsbreen op. Toen we bij het vertrekpunt waren, begonnen we echter te twijfelen, want de gids maakte er geen punt van om ook mensen op slippers mee te nemen. We zijn daarom maar teruggegaan naar de camping in Gaupne. In de loop van de middag werd duidelijk, dat er iets aan de hand was. Reddingshelicopters vlogen af en aan bij de brandweerkazerne, en de politie kwam de camping op, om een aantal tenten te onderzoeken. Later hoorden wij, dat een stuk ijs van een gletsjertong naar beneden was gekomen, en een groep toeristen had getroffen. We weten niet, of het om de groep ging waar we mee hadden willen gaan, maar de betreffende tenten bleven leeg, dus er was met die mensen wel iets aan de hand. Nu zijn we weer terug op die camping.
Vanochtend rijden we eerst naar Lom (via de ’15’) om daar de stavkirke te bekijken (net als 31 jaar geleden). Zoals inmiddels gebruikelijk, er zijn al enige bussen met Aziatische toeristen aanwezig, dus het is er druk. Het duurt dan ook even, voordat we acceptabele foto’s kunnen maken. Qua constructie is de kerk vrij eenvoudig (die van Heddal is uitbundiger van vorm). Er is duidelijk zichtbaar nog vaak aan gesleuteld (zijbeuken, toren, de traditionele rondgang is verdwenen). Van binnen is de kerk voor Lutherse begrippen vrij rijkelijk versierd (die van Heddal is veel authentieker).
Vanuit Lom gaan we de ’55’ op. Die weg gaat over de Sognefjellet, en is met 1440 m de hoogste weg van Noorwegen. Net voorbij de top vinden we een mooie plek voor de lunch. Tijdens de lunch slaat het weer om en komt het met bakken naar beneden. Maar ook in Noorwegen geldt, na regen komt zonneschijn. Eenmaal beneden aan het Lustrafjord (een zij-arm van het Sognefjord) kan de korte broek weer aan.
Morgen houden we weer een rustdag.
RUSTDAG GAUPNE
dag 39 wo 26 juli 2017
rustdag Gaupne 0 km
Het oude liedje: luieren, schudemmeren.
Morgen gaan we verder.
OP HERHALING
dag 40 do 27 juli 2017
Gaupne – Grimsbu 261 km
Vandaag volgen we een route, die we voor een groot deel al eerder hebben afgelegd. Dat komt door het afsluiten van de ’60’, waardoor we een andere route hebben gereden dan we hadden gepland. Om de geplande route weer te kunnen oppakken, moeten we óf weer over de Hardangervidda óf weer terug over de Sognefjell. We hebben voor de tweede optie gekozen.
Vanuit Gaupne gaan we dus de ’55’ richting Lom op. Eerst nog een stukje langs het Lustrafjord, maar dit keer met een zware bewolking. Na Fortun begint het klimmen naar de Sogneflell, met flink wat haarspeldbochten. Het is niet erg, om de weg nog een keer te rijden. We zien nu dingen, die we twee dagen geleden niet hebben gezien. Zo zien we bij de top twee fraaie gletsjertongen (die zaten op de heenweg in de wolken; nu nog net niet).
Beneden in Lom gaan we de ’15’ richting Otta op. Na enige tijd komen we in de buurt van Vågåmo op een stuk dat we al eerder hebben gereden (29 juni, van Randsverk naar Levanger). Net als toen, nemen we het binnendoortje over Sel (de ‘438’) naar de E6. Die rijden we wederom in noordelijke richting, dit maal tot Hjerkinn. Daar draaien we de ’29’ op. We staan nu op een camping in Grimsbu.
Waarom deze route? Morgen willen we over de Rondane rijden (de ’27’, deze loopt van Folldal naar Ringebu).
NIET VOOR STRUIKROVERS
dag 41 vr 28 juli 2017
Grimsbu – Lillehammer 178 km
We rijden een klein stukje terug op de ’29’ naar Folldal, en nemen daar de ’27’ richting Ringebu. Rondane begint al meteen. Het is geen spectaculair gebied (geen gletsjer, geen kloof, geen haarspeldbocht, geen waterval), maar het is wel een heel bijzonder gebied. De bodem is er erg schraal, dus je ziet overal rendiermos (er zijn dan ook veel rendieren, maar die krijg je meestal niet te zien). Op de lagere gedeelten groeien ook nog sparretjes en dwergberkjes.
Op de Nationale Toeristische Wegen zijn vaak uitzichtpunten aangelegd die een artistieke uitstraling hebben. Ze zijn meestal ontworpen door architecten of beeldende kunstenaars. Op de Rondane komen we een bijzonder exemplaar tegen: een tentakelplatform dat kronkelt tussen de bomen.
We maken even een zijsprongetje (de ‘219’) om het kerkje van Sollia te bekijken. Helaas gesloten, net als veel andere monumenten in Noorwegen.
We gaan weer terug naar de ’27’ (richting Ringebu). Hier beginnen we aan het hoge deel van de route. Al snel zijn alle bomen verdwenen. Het is een slecht terrein voor struikrovers, want de spaarzame struikjes zijn niet hoger dan 20 cm. Het terrein is erg indrukwekkend. We hebben een prima plek gevonden voor de lunch, maar zijn niet de enigen die op dat idee zijn gekomen. Toch het vermelden waard, want het is een van de beste picknick’s die we in Noorwegen hebben gehad.
Bij Ringebu komen we weer op de E6. Die volgen we tot aan Lillehammer. Op de plaatselijke camping pauzeren we nog even, voordat we aan de terugreis beginnen.
PAUZEREN IN LILLEHAMMER
dag 42 za 29 juli 2017
rustdag Lillehammer 0 km
We fietsen vandaag het stadje in. Lillehammer is een doodgewoon stadje, een beetje rommelig, en met niet al te beste wegen.
Over het algemeen valt op, dat de Noorse wegen behoorlijk wat achterstallig onderhoud hebben. Regelmatig moet je concluderen, dat een farts dempere (verkeersdrempel) of een opphøyd gangfeld (verhoogde voetgangersoversteekplaats) geen toegevoegde waarde heeft. Door alle kuilen en bulten in de weg gaat het vanzelf wel langzaam. Vreemd eigenlijk, dat zo’n welgesteld land zo slordig omgaat met de openbare ruimte. Daarentegen is het privébezit voor de Noor heel erg belangrijk. Ze zorgen goed voor zichzelf. We hebben naar verhouding weinig Noorse caravans gezien met maar één as. De Noorse campers zijn vaak van het type waar je in Nederland een groot rijbewijs voor moet hebben.
Terug naar Lillehammer. Een klein, onopvallend stadje met in die ene winkelstraat nog een paar houten huisjes.
LANGE LATTEN LILLEHAMMER
dag 43 zo 30 juli 2017
rustdag Lillehammer 0 km
Vandaag gaan wij op de fiets naar het Olympisch Park. Het is een behoorlijke klim. Je ziet daar boven nog een aantal hallen (kunstrijden en ijshockey) en springschansen (de grote en de kleine). Op de kleine schans wordt druk geoefend (natgespoten kunstgras en gewoon gras, i.p.v. sneeuw).
De camping is prima. Het landschap is vriendelijk, bijna zoals aan de Moezel of de Rijn.
Morgen beginnen we aan de terugreis. We zullen ergens in Zweden overnachten.
LANGS HET VIKINGSKIPET
dag 44 ma 31 juli 2017
Lillehammer – Strömstad 314 km
We volgen allereerst de E6. Bij Hamar gaan we even de stad in om naar het Vikingskipet te kijken. Dat ligt er een beetje troosteloos bij, aan de rand van een industrieterrein.
We volgen de E6 tot aan Lillestrøm. Via een klein stukje ‘120’ gaan we naar de ’22’. Die volgen we tot aan Halden. Via de ’21’ zoeken we de E6 weer op.
Na ongeveer 20 Zweedse kilometers nemen we de afslag Strömstad. De camping ligt aan de ‘176’. In eerste instantie krijgen we een plaats op een vrij sterk hellend veld, zo smal, dat we bijna de buren raken. Pas later blijkt er elders een veel betere plaats te zijn.
Morgen rijden we naar Kopenhagen. Daar houden we nog een laatste pauze.
WEER IN DENEMARKEN
dag 45 di 1 augustus 2017
Strömstad – Kopenhagen 485 km
Er valt over vandaag weinig te vertellen. De reis verloopt voorspoedig. We vertrekken om 09:30 uur in Strømstad en komen om 15:00 uur aan op een camping in Kopenhagen. De Zweedse wegen zijn, vergeleken met de Noorse wegen, een verademing. Op de Øresundbrug is het nogal bewolkt.
Morgen willen we Kopenhagen bezoeken.
FIETSEN IN KOPENHAGEN
dag 46 wo 2 augustus 2017
rustdag Kopenhagen 0 km
Allereerst: Kopenhagen is een prettige stad voor fietsers. Overal vind je fietspaden. Het is ook heel gewoon om over de stoep te fietsen, als er geen fietspad is.
Vanaf de camping is het 8 km tot aan de rand van het centrum. Je kunt niet verdwalen, wat het is één rechte weg (via Riskildevej en Vesterbrogade naar Rådhuspladsen).
In het centrum hebben we bijna elk straatje en pleintje ‘gehad’ (da’s het fijne van fietsen). Natuurlijk gaan wij naar Den Lille Havfrau en bezoeken we een terrasje aan de Nyhavn.
Morgen hebben we nog een rustdag.
LAATSTE RUSTDAG
dag 47 do 3 augustus 2017
rustdag Kopenhagen 0 km
We hebben ons gewoon heel erg rustig gehouden.
UITWAAIEN IN HUSUM
dag 48 vr 4 augustus 2017
Kopenhagen – Husum 354 km
De eerste etappe van de terugreis vraagt de nodige fysieke inspanning. Er staat zó veel wind (vooral op de Storebæltbrug), dat je het stuurwiel voortdurend stevig vast moet houden. Merkwaardig, dat zoiets kan leiden tot een stijf gevoel in de bovenarmen.
Via de E20 rijden we van Kopenhagen naar Kolding. Daar nemen we de E45 naar Flensburg. Bij Flensburg gaan we de B200 op naar Husum. Daar staan we nu op een camping vlak achter de dijk langs de Nordfriesischen Wattensee.
Er staat hier een behoorlijk stevige wind.
VAREN OVER DE ELBE
dag 49 za 5 augustus 2017
Husum – Westerstede 199 km
Als alles goed gaat, slapen we morgen weer thuis.
Vandaag draaien we in Husum de ‘B5′ op. Die volgen we tot Brunsbüttel (in de buurt van Heide is het even de ’23’). We zijn om 11:10 bij de vertrekplaats van de veerboot, en zien die van 11 uur nog net vertrekken. We staan als derde in de rij voor de boot van 14:00 uur. We zetten een potje koffie (ouderwets met een fluitketel en een filterzakje; we hebben immers geen stroom en wėl gas) en we lunchen. Ook kijken we naar het scheepvaartverkeer op de Elbe, maar dat stelt niet zo veel voor (Hamburg trekt blijkbaar in het weekend geen superschepen).
Na een vaartocht van 75 minuten zijn we in Cuxhaven. Vandaar rijden we over de ’27’ richting Bremen. Vlak na Bremerhaven gaan we rechtsaf, door de Wesertunnel. We volgen de ‘437’ tot Bockhorn. Vandaar gaat het binnendoor naar Westerstede. Daar staan we nu op een camperplaats naast een camping.
Morgen gaan we via Groessen en de Reeshof naar huis.
WEER THUIS
dag 50 zo 6 augustus 2017
Westerstede – Tilburg 358 km
We zijn weer thuis.
In Westerstede nemen we de ’28’ richting Emden/Leer. Bij Leer gaat deze weg over in de ’31’. Die volgen we tot afslag ’31’. Van daar gaan we via Nordhorn naar Oldenzaal. Na een klein stukje snelweg (A1 en A35) zoeken we de N346 op: Delden, Goor, Lochem, Zutphen. Via de N348/A348 gaat het naar Arnhem. Daarna een klein stukje A12 richting Duitsland, tot afslag Duiven, waarna we binnendoor naar Groessen rijden, op de koffie bij Marloes en Bartek.
Na een uurtje rijden we via Grijsoord en Helvoirt naar de Reeshof, voor een bezoek aan Mirjam, Oskar, Floor en Luuk.
Uiteindelijk zijn we na 8610 km en 33 campings of camperplaatsen weer thuis